Hoop

Ai, wat een gewetensvraag. Voor het eerst weet ik niet wat ik moet antwoorden. Ik heb me opgegeven om online de documentaire ‘Kiss the ground’ te bekijken*. Vooraf vragen de makers een enquête in te vullen, en de eerste vraag is:

Agree or disagree. ‘I have hope that we will be able to solve climate change before it is too late’.

De documentaire begint met verteller ‘Woody Harrelson’, die zichzelf tegenwoordig activist noemt in plaats van acteur. ‘Ik geloof er niet meer in’, zegt hij, met z’n typisch Southern drawl om vervolgens de enige echte oplossing te noemen om de aarde en onszelf te redden: die ligt onder onze voeten namelijk in het herstel van de bodem. “Regenerative agriculture” ofwel herstellende landbouw heeft de potentie grote schommelingen in ons klimaat op te vangen, onze watervoorziening te herstellen en de wereld te voeden.

Trailer Kiss the Ground

Is de oplossing echt zo simpel? Gezond grond, gezonde plant, gezonde mensen, gezond klimaat.

Ik wist natuurlijk waar deze film over gaat en kan het niet anders dan het eens zijn met de makers. En toch, ook na het bekijken van de documentaire blijf ik met een dubbel gevoel achter. Het verhaal is natuurlijk niet nieuw. Ruim 10 jaar geleden keek ik voor het eerst een vergelijkbare documentaire ‘Dirt, the movie’. Het was mijn eerste kennismaking met de biologische landbouw. Voor zoveel mensen was dit al lang bekend! Ik weet nog hoe ik onder de indruk was (en ben!) van het herstellend vermogen van de natuur en hoe wij als mensen daarmee verbonden zijn.

Hoeveel films en documentaires heb ik sindsdien gezien? Zijn we al te laat? We weten het al lang en toch doen we onvoldoende om het tij te keren. De problemen lijken zo groot en overweldigend dat het moeilijk is niet de hoop te verliezen.

En toch.

Voor mij was 10 jaar geleden een gezondheids crisis reden om het roer om te gooien en een eerste stap te zetten. Net als nu velen het afgelopen jaar gedwongen zijn om stil te staan. Te bedenken wat belangrijk is in ons leven. Aan onze gezondheid te werken. De natuur in te trekken. Lokale ondernemers te steunen. Meer mensen dan ooit ontdekte de lokale bio boer en sloten zich aan bij voedselgemeenschappen.

We staan op de vooravond van een nieuw jaar. Als iets dit jaar duidelijk is geworden, is waar we als mensheid toe in staat zijn. Zowel in positieve als in negatieve zin. Of je nu een virus-, of klimaat ontkenner bent, of denkt dat en vaccin de ultime oplossing biedt.

Werken aan herstel, van jezelf en van de aarde, is altijd een goed idee.

Ik wens je een hoopvol nieuw jaar!

* -Dank je wel, Anne, Ellen en Wouter. Ik weet niet wie jullie zijn maar fijn dat jullie dit mogelijk gemaakt hebben voor degene die geen Netflix hebben!

Kerst rest

Stel nou dat je het kerst menu hebt gemaakt en nog zit met een rest pompoen, linzen, bieten, knolselderij, sinaasappeltaart (nou ja, dat laatste lijkt me sterk), dan maak je daar in een handomdraai weer een aantal nieuwe gerechten van. Broodbeleg is een natuurlijk favoriete manier om aan restverwerking te doen. Pompoensoep, ligt ook voor de hand, of een curry. Met een broodje erbij of wat rijst heb je weer een volledige maaltijd.

Een basis (vegetarische) maaltijd bestaat namelijk uit: groen(te) – graan – boon. Hou deze drie in je achterhoofd en ga hiermee varieren.

Groen

Groenmag uiteraard ook een andere kleur zijn-: Neem een willekeurige groente of datgene wat je nog voorhanden hebt. Dat kan gekookt of ongekookt zijn.


graan

Bij graan denken we vaak alleen aan tarwe (brood) of rijst maar er zijn nog heel veel andere soorten of verschijningsvormen. Graan gebruiken we ook als: wraps, tortilla, couscous, havermout, pannenkoeken, muffins, pap, (hartige of zoete) taart, snack (popcorn!) etc.

bonen

Met bonen bedoel ik alle peulvruchten (erwten, bonen en linzen), deze gebruik je in de vegetarische en veganistische keuken als eiwitbron. Ook hier kun je veel meer kanten op dan je zo op het eerst gezicht zou denken: linzengehaktbrood – dip – tempeh!

Hier heb je mijn favoriete rest recepten van het kerstmaal (zonder naar de winkel te moeten):
  • Zoet toetje van rode biet of pompoen (rauw of gekookt)
    Doe de pompoen/biet in de blender met wat dadels (zonder pit!), 1 dl slagroom, sap van 1 sinaasappel, wat yoghurt en pureer tot alles heel glad is; maak op smaak met kaneel, snufje zout, gember(siroop). Voeg extra dadel of agavesiroop toe als je het wat zoeter wilt.
  • Knolselderij ‘carbonara’:
    Maak de knolselderij puree eventueel iets dunner met groentenbouillon of slagroom en gebruik m als groentensaus bij de (wortel)pasta. Garneer met gefrituurde salieblaadjes.
  • Gehacktbrood van linzen
    Neem ongeveer 250 gr. gekookte linzen en 250 gr. gekookte rijst. Fruit een ui met wat knoflook, rasp een wortel. Stamp het geheel eventueel een beetje fijn zodat het een samenhangende massa wordt, maak op smaak met tomatenpuree, kruiden, peper/zout). Verwarm de oven voor op 180 graden. Stort het mengsel in een langwerpige cakevorm of andere bakvorm en bak het gehaktbrood 45 minuten à 1 uur tot de bovenkant een beetje bruin is geworden. Laat het brood minstens 15 minuten afkoelen en op smaak komen, of laat het helemaal afkoelen en serveer het op kamertemperatuur. Stort het op een bord en snijd het in plakjes.
  • No crap flat bread:
    Gelijke delen bloem en gekookte pompoen (of aardappel). Prak met een vork en meng de bloem erdoor heen. Verdeel in stukken en rol uit tot plat deegstuk: bak in droge (grill)pan 1- 1 1/2 aan beide zijden.

duurzaam kerstmenu

Duurzaam kerstdiner

Het Duurzaamheidscentrum Deventer vroeg mij om een duurzaam kerstdiner samen te stellen. Dat vond ik een mooi opdracht. Met feestdagen of bijzondere gelegenheden zijn we maar wat snel geneigd om even onze principes opzij te zetten. Ach, deze ene keer in het jaar.

Het mag toch ook wel even feestelijk zijn,
zeker nu we ook nog in een lockdown zitten.


Nu klopt het dat het vooral gaat om wat je het merendeel van het jaar doet en een keertje de teugels laten ‘vieren’ is natuurlijk helemaal niet erg. Maar eigenlijk is het een heel raar idee. Alsof het een grote opoffering moet zijn om duurzaam te leven. Wat een onzin. En alsof je principes zomaar even aan en uit kunt zetten. Je kunt je ook afvragen waarom je dat zou moeten doen.

Vegetarisch, het nieuwe normaal
Zo at ik al een aantal jaren vegetarisch, behalve met kerstmis. En in eerste instantie vond ik dat ook geen probleem. Mijn vader maakt een ‘killing’ kerstkonijn (pun intended) waar we allemaal erg van kunnen genieten. Maar op een gegeven moment vond ik het niet meer fijn om vlees te eten, ook niet die ene keer per jaar. Het heeft enige tijd geduurd voordat ik dat ook gewoon kon zeggen. Maar uiteindelijk heb ik wel gemerkt dat het een stuk makkelijker is om maar gewoon ‘uit de kast te komen’. En waar ik vroeger mensen nog weleens waarschuwde als ik voor ze kookte ‘maar het is wel vegetarisch hoor’, ga ik er tegenwoordig steeds meer vanuit dat vegetarisch ‘het nieuwe normaal is’.

Je hoeft ten slotte geen vegetariër te zijn
om vegetarisch te eten.

Het grote voordeel: iedereen kan mee-eten! Ter ‘compensatie’ voor de vleeseters staat er een pompoen rollade op het menu, een feestelijk gebraad om op tafel aan te snijden. En ‘kaviaar’ van Beluga linzen, dat zijn prachtige diepzwarte linzen die niet kapot koken.

Het kerstdiner is gemaakt met seizoensgroenten, natuurlijk. En niet alleen omdat het idioot is om met kerst aardbeien te eten die dan van de andere kant van de wereld moeten komen. Het is ook gewoon niet te eten. De seizoensgroenten voor dit menu zijn: rode biet, pompoen, veldsla, spruitjes, knolselderij en stoofperen, best veel eigenlijk. En alles biologisch en liefst lokaal geteeld.

Geen stresskip
Verder draagt een duurzaam kerstdiner liever niet bij aan de verpakkingsberg – anders zouden we natuurlijk gewoon een kant en klaar kerstmenu kunnen kopen en in de magnetron gooien-. Dus, we maken alles zelf, zonder pakjes en zakjes! Daarbij moet het ook niet al te ingewikkeld zijn, want niemand zit te wachten op een stresskip met kerst. Een groot deel valt vooraf al te maken – en ik laat je zien hoe – zodat je op de dag zelf voornamelijk je mooiste tafellinnen en glimlach te voorschijn hoeft te toveren.

Bestellen
Tenslotte kun je alle ingrediënten bestellen bij de lokale Streekkruidenier de Gouden Pompoen, en deze bezorgt het ook nog eens bij je thuis. Tenminste, als je in Deventer en direct omgeving woont en anders zoek je iemand in de buurt. Want we steunen natuurlijk ook graag de lokale economie!

Oja, het menu:

Caprese van biet en mozzarella

Pompoenrollade * Knolselderij puree * Geroosterde spruitjes * Linzenkaviaar * Stoofpeertjes

Sinaasappeltaartje

Hele fijne en gezonde feestdagen!

De Groentenbijbel

Ach, wat een heerlijk boek, De Groentenbijbel van Mari Maris – van aardappelpuree tot zuringsoufflé. Al vaker voorbij zien komen, het boek is dan ook al uit 2013, maar tot nu toe nooit echt open geslagen. En nu ik dat gedaan heb, ben ik direct grote fan. Met bijna 500 pagina’s is dit boek met recht een ‘bijbel’ voor groentekoks. Zonder dat het direct een vegetarisch kookboek is. Zoals de ondertitel al aangeeft, is het boek gerangschikt naar groenten. Er komen wel 65 groentesoorten voor. En bij elke groente staan niet alleen verschillende recepten, maar ook achtergrondinformatie over oogsten, kopen en verwerken en goede (kruiden)combinaties. Uitermate geschikt voor improvisatiekoks, mensen met een moestuin of gewoon iedereen die verse (seizoens)groenten als uitgangspunt van hun maaltijd hebben.

Kook nooit vegetarisch, kook lekker en gebruik toevallig geen vlees of vis.’

– Mari maris –

Basiskennis en meuk

Het boek begint overigens met basiskennis en -begrippen: ‘keukentermen, trucs, vaardigheden en wetenswaardigheden over ingrediënten en keuken-gereedschap’. Zo leer je gelijk het verschil tussen ‘aanzetten’ (op hoog vuur, snel en heet bakken) en ‘fruiten’ (laag tot middelhoog bakken) van ui en knoflook. En dat je een ui prima door een sjalot kunt vervangen maar andersom beter niet. Halverwege de zeer praktische en leerzame beschrijving van verschillende bereidingstechnieken kom ik het voor mij onbekende ‘tambouille’ tegen. ‘Ik wilde het woord meuk (voor allerhande smeersels en spreads) in dit boek gebruiken, maar mijn strenge redactrice vond dit echt té onsmakelijk. Met het Franse woord voor ‘prutje’ – tambouille dus- kon ze wel akkoord gaan.’

Basisrecepten

Om de beschrijvingen van de recepten bij de groenten beperkt te houden is er ook een hoofdstuk met basisrecepten van bouillons, sauzen, deeg, dressings en smaakmakers. Erg leuk vond ik het recept voor de ‘spekjesvegetariërs’, knapperige gefruite knoflookreepjes die net dat smaakje toevoegen bij gerechten waar je normaal spekjes in zou doen. En wist je dat een bloempapje, waarmee je alle sauzen kunt binden, Dikke Willem heet? Of zou ze dat ook zelf verzonnen hebben?

Met ook nog een seizoenskalender en een vurig pleidooi voor verse, volle grondsgroenten, is Mari Maris een vrouw naar mijn hart. ‘U hoeft het niet van mij aan te nemen. Proef gewoon een keer groenten die ‘langzaam’ groeide naast een kasproduct.’

Proef op de som

Okee dan, tijd om eens een kijkje te nemen bij de recepten. Ik sla het boek open bij de simpele wortel. En leer gelijk dat de hippe ‘regenboog wortelen’ de originele wortelkleuren zijn en oranje wortelen een Nederlandse uitvinding is. Het eerste recept ‘bijna puur’ is toch een verrassende combi met basilicum. Vervolgens een leuke wortelbonbon (wortel puree ingepakt in een blaadje nori), wat eenvoudigere wortelsalades of –soep met sinaasappel, en een ‘tambouille’ (hé daar heb je m!) van wortelloof -klinkt toch beter dan wortelloof pesto– Verder recepten van geroosterde, gegratineerde, gestoofde, geglaceerde en geflambeerde wortel. Ook de worteltjestaart ontbreekt niet. Er zijn zelfs twee recepten waarvan eentje een Italiaanse variant en als laatste zelfs een worteltiramisu. In totaal maar liefst 22 wortelrecepten met daarbij serveersuggesties en welke andere groenten je eventueel ook zou kunnen gebruiken ipv wortel.

In een doorgesneden wortel zit zo ontzettend veel schoonheid, dan hoef je je over andere dingen eigenlijk niet zo veel zorgen meer te maken.”

Het hele boek telt 850 recepten en varianten daarop. Met veel wetens-waardigheden en geestig geschreven. Voorlopig ben ik hier wel even zoet mee. Blijkt Mari nog veel meer boeken te hebben geschreven: Mari plukt de dag, maar liefst 848 bladzijden! ‘een groots en meeslepend boek, met zowel persoonlijke verhalen, recepten, achtergrondinformatie, technische kennis, foto’s…’ Waarbij zelfs Karin (van Koken met) zich afvraagt of een kookboek ook te dik kan zijn. Dan is er ook nog de saladebijbel, Maison Mari en komt in november 2020 het boek A la minute uit. Mijn hemel, kan er nog wel een dag zonder Mari?

Mari Maris (1974) was kok in Amsterdam toen ze besloot zich in Noord-Frankrijk te vestigen. Daar beheert ze sindsdien de Jardin des Étoiles, waar ze groenten verbouwt, kookt en mensen ontvangt.

Virus vergezichten

We zaten eindelijk weereens bij elkaar voor de Tegenlicht – meetup in Deventer. – Beperkt gezelschap weliwaar en uiteraard met 1 ½ meter afstand, maar toch- De meetup-bijeenkomsten worden georganiseerd (in het hele land) naar aanleiding van uitzendingen van VPRO Tegenlicht. Je bekijkt samen de uitzending en vervolgens is er een discussie / gesprek over het thema. Het onderwerp deze keer was ‘Virus vergezichten’ met de vraag: Hoe komen wij straks tevoorschijn uit die corona-quarantaine? Als andere mensen, in andere samenlevingen, of wordt het business as usual?

De betreffende uitzending is van 5 april 2020! Op dat moment ‘zitten we alweer 3 weken thuis’, aldus de inleiding van de aflevering. Het roept natuurlijk onmiddelijk de vraag op hoe relevant deze uitzending nu nog is. Konden ze toen al iets zinnigs zeggen over wat ons te wachten staat? En wat vinden we daar nu, inmiddels 5 maanden verder van? In die zin is het natuurlijk interessant wat de eerste gedachten daarover waren.

Trendforecaster: minder consumentisme

Aan het woord komen internationaal vermaard trendforecaster Lidewij Edelkoort, die noodgedwongen verblijft in een compleet verlaten hotel in Kaapstad. En psychiater Dirk De Wachter in Antwerpen, bekend van zijn boek ‘De kunst van het ongelukkig zijn’ (waarom we niet moeten streven naar geluk, maar juist naar zingeving en verbondenheid.) Lidewij schetst een bijna romantisch beeld van een tijd waarin we weer zelf onze entertainment weer gaan verzorgen, kleding maken en brood bakken. Ze noemt het ‘de eeuw van de amateur’ (er komt een boek!). Vergis je niet, Lidewij werkt voor en adviseert wereldwijd merken in onder andere de mode-, voedsel-, en banken wereld en dat gaat verder dan dat ‘bruin het nieuwe zwart is’ (de trend voor winter 2020-2021!)

Het virus dwingt ons te doen, wat we allang weten dat we moeten doen; minder reizen, minder kopen, minder weggooien, minder rotzooi toelaten in ons bestaan. Minder werken ook, minder stress en minder afhankelijkheid van geld. Lidewij Edelkoort

Een ver-ikking en het opleven van solidariteit

Volgens Dirk de Wachter zorgt een crisis aan de ene kant voor ‘ ver-ikking’ en aan de andere kant voor een opleven van creativiteit en solidariteit. Dirk De Wachter hoopt dat de huidige coronacrisis ervoor zorgt dat we het belang van fysiek contact weer gaan inzien. De crisis toont aan dat de behoefte aan solidariteit en menselijk contact een diep menselijke waarde is. Tegelijkertijd is hij niet al te hoopvol dat deze opleving zal beklijven. Er zal juist ook weer druk ontstaan om de economie aan te jagen: meer produceren met minder mensen. En degene die niet meer meekunnen, tja die vallen buiten de boot.

Het is aan leiders, aan mediamensen, aan zorgverleners, aan ons allemaal om zoveel mogelijk in te zetten op het samenwerkende en het al te ‘ikkige’ en de agressie te temperen.” Dirk de Wachter
Nostalgie

“En, wat roept de uitzending bij je op?” vraagt gespreksleider Trees Schopman zoals gebruikelijk na afloop. Bij mij overheerste in eerste instantie vooral een gevoel van ‘nostalgie’. Oja, zo was dat, denk ik bij het terugzien van de beelden van prachtig verstilde straten, strakblauwe luchten zonder vliegtuigstrepen, berichten dat dieren terugkeerden in de steden en het water, de staatjes van afnemende vervuiling en CO2 uitstoot. De rust, het even niet meer moeten. Bijna euforisch was ik. Zie je wel dat het kan, we kunnen de boel gewoon stopzetten en resetten! En ja, ook ik ging filmpjes maken en broodbakken. Pas later kwam het gemis van familie niet meer zien en kunnen vastpakken. De irritatie dat anderen nu ook ineens moeten gaan hardlopen op ‘mijn’ paadjes. De verveling van al die creatieve ‘leukigheid’ aan memes en huisvlijt en stomme grappige filmpjes die maar doorgestuurd bleven worden. De ‘horror’ ook: djeez het is toch onmenselijk om ouderen op tesluiten, in eenzaamheid te laten sterven. Dat kan toch niet! De verwarring, ben ik nu gek dat ik afstand houd, is het nog wel nodig?

Teleurstelling

Ik ben vooral teleurgesteld, zegt een andere deelnemer aan het gesprek. We hebben de kans het anders aan te pakken en het gaat niet gebeuren, weer niet. Er ontbreekt een visie hoe een en ander anders aangepakt zou moeten worden. De politiek kijkt alleen naar de korte termijn en is reactief. Hoe komt het dat we dachten dat deze crisis anders zou zijn? Omdat er al een sluimerend verlangen (en noodzaak) tot verandering is? En Corona dus een goed excuus is om zaken die we niet voor mogelijk hielden, toch voor elkaar te krijgen? Zo is thuiswerken ineens gemeengoed geworden. En wie weet, is het steunpakket voor ondernemers eigenlijk een opmaat voor een basis inkomen (dan noemen we dat gewoon crisisinkomen ofzo). Of moeten we nog een paar keer door een crisis heen voordat we echt doorhebben dat we ingrijpend moeten veranderen?

Met een beetje aanpolderen redden we het niet

Dat we niet terug kunnen naar ‘normaal’ is wel duidelijk. Maar hoe het nieuwe vergezicht eruitziet weet niemand. We zullen ons moeten blijven aanpassen aan veranderende omstandigheden. Dat gaat niet met een beetje polderen. Of door om de beurt op het Malieveld te gaan staan. Of ons alleen in ons eigen huis te verschansen. We zullen met elkaar het gesprek moeten voeren hoe we willen dat onze samenleving eruit ziet. Hoe we ons gaan verweren tegen alle schokken die ons nog meer gaat treffen. En dat kunnen we alleen samen, maar hoe?

Laten we een aantal zaken ook meenemen voorbij de crisis: solidariteit, creativiteit, medemenselijkheid, zorg, betekenis, het fundamentele onder de leukigheid. Dat zou ik hopen, ja, dat zou ik hopen.

Dirk de Wachter

De site filosoferen in Deventer is in het leven geroepen als platform voor iedereen die met anderen wil beleven, twijfelen, denken, filosoferen en in dit kader iets organiseert. Filosoferen is niet alleen praten óver een onderwerp, het is ook samen beleven en ervaren. Filosofie kent vele vormen zoals cursus, workshop, diner pensant, lezing, film, theater, muziek …. als er tijdens of aansluitend maar ruimte is om de ervaring te delen en samen te overdenken. Je bent van harte welkom om hier actief gebruik van te maken. Ook de Tegenlicht meet-ups in Deventer staan vermeld op de site: elke laatste donderdag in de Fermerie en de herhaling op de eerste donderdag van de maand in de bibliotheek van Deventer.

Wil je meer actie? Extinction Rebellion voert actie om te eisen dat burgers een stem krijgen in klimaatbeleid. Sluit je aan voor de totstandkoming van een burgerberaad.

Ketting koken met restjes

Mijn favoriete bezigheid is koken-met-restjes ofwel ketting koken: elke dag de restjes van de dag ervoor verwerken in een nieuw gerecht. Ik dacht dat het begrip ketting koken uitgevonden was door Velt-collega  Leentje Speybroeck maar ik kwam het ook tegen bij Dorien Knockaert op haar blog Jonge sla. Het blijkt al decennia een begrip en er zijn zelfs hele boeken over geschreven zoals ‘ An everlasting meal, cooking with economy and grace’ van Tamar Adler. Wat een prachtige titel! En deze is weer geinspireerd door M. F. K. Fisher’s ‘How to Cook a Wolf’ uit 1942. Geen kookboek maar ‘a guide to living happily even in trying times’.

Iets nieuws creëeren

Ketting koken is meer dan restjes verwerken. Het is iets nieuws creëeren en liefdevol omgaan met je producten omdat het te waardevol is om te verspillen! Bovendien vormt het restje weer de inspiratie voor het volgende gerecht.

‘a guide to living happily even in trying times’

Gore zoute smurrie

Hoe gaat dat dan in z’n werk en doe ik dat zelf dan ook altijd? Nou, nee. Zo toog ik onlangs naar de supermarkt want ik had ‘geen tijd/zin’ om te koken en had ‘niks in huis’. Ik kocht zo’n linzensoep. Soms is dat best te pruimen, hoor. Dit was echter een ongelofelijk gore, zoute smurrie waar ik enorm chagerijnig van werd. Biologisch, dat wel, maar in zo’n zak die bij het rest afval moet. -en ik moest me ook nog eens door een te volle supermarkt heen werken-. Geen fijne ervaring maar wel inspiratie om de volgende dag zelf linzensoep te maken. Want linzen en kruiden heb ik altijd wel in huis. En ik had nog wat geredde worteltjes en wat rimpelige aardappels en ergens nog wel een uitje.

In een handomdraai een mega pan linzensoep

  • Maak de groenten schoon: van de uien en wortelschillen maak je, met wat tuinkruiden en andere groentenresten  een bouillon (ook heel zero waste!)
  • Fruit de uien in een beetje olie met (liefst versgemalen) kruiden als gember, koriander, kurkuma, peper en paprika/chilipoeder. Doe in blokjes gesneden aardappel en wortel erbij en bak mee totdat het zacht is.
  • Spoel rode of bruine linzen af onder de kraan en voeg toe aan de pan -rode linzen gaan helemaal fijn koken, bruine linzen blijven wat meer in vorm-. Een restje peulvruchten uit de vriezer kan er natuurlijk ook in.
  • Zet een vergiet of grote zeef op de pan en schep de ondertussen gemaakte bouillon erbij totdat de linzen zo’n 2 cm onder staan. Gewoon water kan ook. Breng de boel weer aan de kook en laat dan nog even doorpruttelen totdat de linzen gaar zijn. Dat kan met rode linzen al met 10-15 minuten het geval zijn.

Terwijl de soep pruttelt, en de heerlijk geuren door je huis trekken, kun je ondertussen wat verse kruiden snijden om de soep af te maken: peterselie of selderij is allebei heel lekker.

  • Proef de soep: doe er wat zout bij, een scheutje citroensap, iets meer pit (chilli poeder bijvoorbeeld) of juist een zoetje (wat kaneel, een scheutje appeldiksap) totdat je het helemaal lekker vind. Is de soep te dik geworden dan gaat er nog wat bouillon bij. -de rest van de bouillon kun je goed bewaren in koelkast of vriezer- Je kunt de soep pureren of juist niet. Vlak voor het serveren doe je de verse kruiden erbij. Heb je een pittige soep, dan is een dot kwark of dikke yoghurt erin erg lekker.

Kijk dit is soep waar je tenminste gelukkig van wordt. En de restjes? Oh, daar maak je vegetarische pastasaus van, of een broodsmeersel of een linzenpuree, verwerk je in muffins of de volgende soepvariant. De mogelijkheden zijn heerlijk en eindeloos.

soep in kom
Linzensoep

Vind je bovenstaande ingewikkeld maar wil je wel leren kettingkoken? Ga dan mee op kookvakantie of informeer naar de eerstvolgende kookworkshop. Of maak mij gelukkig en kom je maaltijd afhalen op (vega)vrijdag in Deventer.

Cheesy – vegan kaas

Het is niet vaak dat ik een kookboek koop, maar voor ‘This cheese is nuts’, van Julie Piatt maak ik een uitzondering. En ik moet zeggen, dit boek houdt me wel bezig. Niet alleen met recepten uitproberen maar ook met alle bespiegelingen er omheen. Zoals:

‘ik ben toch geen veganist, dus waarom zou ik vegan kaas maken?’.

Want, daarvoor is dit boek geschreven. Voor mensen die vegan ofwel plantaardig willen eten maar kaas en zuivel moeilijk kunnen laten staan.

  • ‘Zijn al deze rare ingrediënten* wel nodig en waar moet ik ze vandaan halen?’ (*acidophilus cultuur, melkzuur, Irish moss, modified tapioca starch).
  • ‘Waarom een kookboek kopen als je toch de helft van de ingrediënten gaat vervangen door iets anders?’
  • Of ‘hoe noem je eigenlijk ‘kaas’ als het geen kaas is?’

En zo kan ik nog wel even doorgaan.

Maar hé, zelf kaas maken in je eigen keuken! En dat op een relatief simpele manier. En met dit resultaat.

Want eerlijk is eerlijk, dit is inderdaad ‘beyond cheese’, zoals Julie zegt. En wederom het bewijs dat je je met plantaardig eten niks hoeft te ontzeggen. Integendeel, er gaat een spannende nieuwe wereld voor je open.

Van makkelijke sauzen naar cheesecake

Het boek is opgedeeld in een aantal hoofdstukken. Je begint met makkelijke sauzen en smeersels. De meer ingewikkelde ‘hardere’ kazen vergen wat meer bereiding. Vervolgens komen een aantal gerechten waarin de ‘kazen’ verwerkt worden. Er is een hoofdstuk met toetjes zoals crème brûlée en cheesecake, notenvrije ‘kazen’. En een hoofdstuk met recepten zoals yoghurt en sour cream.

Noten als basis

Basisingrediënt van veel recepten zijn noten. Vooral cashew want die heeft van zichzelf al een wat ‘kazige’ smaak. Naast de hierboven genoemde vreemde ingrediënten zijn er ook de nodige ‘usual suspects’ als edelgist, witte bonen, (zijden) tofu, misopasta, citroensap, kokosolie en mijn favoriet ‘aquafaba’  ofwel het vocht waarin kikkererwten zijn gekookt. Door hier wat mee te experimenteren creëer je zelf al snel lekkere smeersels of sauzen.

Recepten
  • Een klassieke ‘kaassaus’ maak je met:
    ongebrande cashewnoten, (laat ze een nachtje weken zodat ze lekker romig worden) . miso pasta . edelgist . zeezout . citroensap . (heet) water

Even in de blender en dan gebruiken om rauwkost in te dippen
of als saus over bloemkool/broccoli, pasta of nacho chips.

  • Echt enthousiast werd ik van deze Cashew brie:
    2 delen cashewnoten (ongebrand en geweekt) . 1/4 deel cocosolie . 3/4 deel aquafaba (vocht van kikkererwten uit blik) . snuf zout

Maak een gladde saus van de ingredienten.
Gebruik een kleine, ronde vorm (bv een mini springvorm), vet deze in met wat kokosolie en doe de saus erin; strijk de bovenkant glad en dek af met een bakpapiertje; Laat op lage temperatuur (40C) tenminste 24 uur, drogen in de voedseldroger; daarna nog minstens 24 uur op laten stijven in de koelkast. Je kunt de kaas nog langer laten rijpen maar daar kreeg ‘ie bij mij geen kans voor.

Om met Julie te spreken:

better then the real thing and guilt-free!

boekomslag 'this cheese is nuts' by Julie Piatt. vegan kaas
This Cheese is Nuts!: Delicious Vegan Cheese at Home
by Julie Piatt

De nieuwe winkel – het nieuwe eten

Zomaar op een doordeweekse dag

Even overvalt een gevoel van spijt als ik, op deze gewone druilerige dinsdagavond, bij De Nieuwe Winkel in Nijmegen de menukaart aanschouw. We kunnen kiezen uit het driegangenmenu (alleen op dinsdag, woensdag en donderdag) of voor zes-, of negengangen, al dan niet inclusief sap of wijn arrangement. Moet je dit niet bewaren voor speciale gelegenheden? En dan all-the-way gaan? Je helemaal onderdompelen in alle geuren, smaken, kleuren en texturen? En liefst in gepaste stilte en aandacht genieten van al het moois op ons bord? En niet ‘zomaar’ op een doordeweekse dag met een vriendin waar ik nodig mee moet bijpraten.

Liefst in gepaste stilte met aandacht genieten

Want De Nieuwe Winkel is geen gewoon restaurant. Bij De Nieuwe Winkel koken ze om de wereld beter te maken. Ze noemen het ‘botanische gastronomie’, toepassingen voor eetbare planten. De ingrediënten komen uit het voedselbos Ketelbroek en de Ommuurde Tuin in Renkum. Zelf geplukt door chef-kok Emile en met veel liefde, tijd en aandacht klaargemaakt door hem en zijn keuken brigade.

We zitten er met ons neus bovenop, de keuken is open en loopt door in het restaurant. Het past bij de filosofie om de afstand tussen de ingrediënten en wat er op het bord ligt zo klein mogelijk te maken. De sfeer is ontspannen en het is gezellig druk voor een dinsdag, niet overladen vol. Niks geen verheven culinaire poespas hier.

Botanische gastronomie

de nieuwe Winkel
Het een na het andere prachtige bordje

‘We moeten helaas kiezen voor het driegangen menu’, zeg ik. Dat geeft nog wat ruimte voor een bijbehorend sap arrangement en een extra gerechtje tussendoor. Er is niets helaas aan. Het een na het andere prachtige bordje wordt ons voorgeschoteld en enthousiast gepresenteerd door de koks zelf. Sommige ingrediënten nog herkenbaar: zoals de pastinaak, kastanje, raapjes, gele biet maar dan gepureerd, eindeloos ingekookt of gefermenteerd en afgemaakt met een bijzonder kruidje. Andere volslagen nieuw: de zonnewortel (is familie van de aardpeer) en zei ze nou dahlia knol? Bij elke gang een ander verrassend gefermenteerd drankje. De takjes van de douglas spar komen terug als een groene draad door het menu. Als we achteraf zeggen dat het jammer is dat we niet weten wat we allemaal gegeten hebben, draait chefkok Emile persoonlijk het menu voor ons uit.

Zonnewortel met notenmiso

Nee, dit is geen alledaags restaurant en alledaags eten. Ik bedoel, je gaat thuis geen zonnewortel met notenmiso urenlang garen op de barbecue. Aan de andere kant: het hoofdgerecht bestaat uit (kastanje!)tempeh, raapjes met citroentijm, Rode Emma (aardappel) en gele biet met daslook. Helemaal niet ondenkbaar in mijn keuken.

Gaan we hier daadwerkelijk de wereld mee verbeteren?

Zijn voedselbossen nu echt een serieus alternatief voor de traditionele landbouw? Gaan we hier daadwerkelijk de wereld mee verbeteren, vraag ik Emile. Want het merendeel van de groenten komt, zeker nu, toch uit de moestuin in Renkum. En er groeit geen graan in een voedselbos. Dan eten we kastanje, zegt Emile. En gek genoeg geeft het me hoop.

We mogen de natuur best wel wat meer vertrouwen, staat er op de site van de Nieuwe Winkel. Ja, en misschien onszelf ook. ‘De keuzes van vandaag bepalen hoe de wereld van morgen eruitziet. En veel keuzes hebben simpelweg te maken met ons eten.’ We kunnen zoveel beter.

Dit blog is ook geplaatst op lokaloka.nl: een website, app en netwerk van vrijwilligers, bloggers en vloggers om lokale producenten in beeld te brengen.

Gezwicht voor groenten

Ik ben gezwicht voor een groenten abonnement. Eerlijk gezegd ging het mij niet eens zozeer om de groenten, maar wel om het idee erachter. Ik ben namelijk ‘aandeelhouder’ van een plaatselijke biologische boerderij. Elke week ontvang ik een aandeel in de oogst waarvoor ik de boer(in) een vooraf vastgesteld bedrag betaal. Over en weer levert dit een grote betrokkenheid op: de boer(in) weet voor wie zij teelt en andersom weet ik waar mijn groenten vandaan komen. Deze constructie heet CSA (Community Supported Agriculture): een door de gemeenschap gedragen landbouw.

huiverig?

Aanvankelijk was ik nogal huiverig voor het idee een samengesteld groenten-pakket te ontvangen. Ik bedoel, heb je trek in andijvie krijg je boerenkool of weer knollen. Maar nu kan ik zeggen dat het oogstaandeel een aantal voordelen oplevert die ik van tevoren niet had voorzien:

Geen keuzestress

  • minder keuzestress: mijn weekmenu wordt grotendeels bepaald door wat er in het oogstaandeel zit en dat is gegarandeerd biologisch, van het seizoen en streekgebonden. (hoef ik niet meer in de winkel te dubben tussen biologische boontjes uit Kenia of reguliere maar lokaal);

Variatie en diversiteit

  • meer variatie en diversiteit: die had ik ook niet verwacht maar normaal koop je toch vaak dezelfde bekende groenten. In de eerste maanden heb ik bijna 15 (!) soorten groenten (her)ontdekt die ik zelf nooit zou kopen laat staan zou weten klaar te maken. Bovendien bevat de oogst veel groenten die in de reguliere winkels niet te krijgen zijn.

Meer creativiteit

  • meer creativiteit: en als je die mooie groenten hebt moet je ook nog uitvissen wat je ermee kunt: veel geslaagde en minder geslaagde experimenten hebben zich afgespeeld in mijn keuken.

Maar het allerleukste zijn de berichten die mijn boerin met de groenten meestuurt. De zogeheten meelevertjes:

Helaas, de andijvie is bevroren maar we hebben deze week wel heerlijke boerenkool!’

Oogstfeest op CSA de Oosterwaarde in Diepenveen

Bekijk het filmpje en het artikel over 25 jaar CSA Oosterwaarde met grondlegger Tineke Bakker. https://www.rtvoost.nl/nieuws/318128/Kritische-consument-blij-met-jubilerende-biologisch-dynamische-boerderij-De-Oosterwaarde