Zuurkool

Wat in het vat zit, verzuurt niet. Nou ja, wel als het (zuur)kool is natuurlijk. En dat is maar goed ook. Het zuur zorgt ervoor dat ‘ordinaire’ kool niet alleen anders is gaan smaken maar ook beter verteerbaar en vooral langer houdbaar is geworden. Dat komt goed van pas in deze periode waarin de wintergroente zo’n beetje op zijn en de verse voorjaarsgroenten (met uitzondering van raapstelen misschien) nog moeten komen. Wie wat bewaard, heeft wat!

Verse zuurkool ‘uit het vat’ eet je het liefst rauw, zo blijven alle goede vitamines en mineralen behouden. Een klassiek salade recept is met walnoten, rozijnen, wortel en een yoghurt / mosterd dressing. Met een beetje appeldiksap breng je de salade goed op smaak. Ben je niet zo dol op de zure smaak van zuurkool? Stoof de zuurkool dan in een beetje boter gaar en schep het door een (zoete) aardappelpuree. Hou een schepje rauwe zuurkool achter om deze als laatste toe te voegen voor de crunch (en de vitamines). Een heel lekkere combi is langzaam gestoofde zuurkool met prei en ui (met een beetje kerrie) en Dupuis of Beluga linzen.

Een verrassend recept met zuurkool is deze schotel met boekweit. Boekweit is een geinig driekantige korreltje dat je als graan kunt eten. Van oudsher hier bekend maar in de vergetelheid geraakt. Nu wint het weer aan populariteit omdat het van nature glutenvrij is. Van boekweitmeel worden o.a. Russische pannenkoekjes (blini) gemaakt en Japanse soba noedels. In ons land kennen we het ook voor het maken van balkenbrij.

Boekweit is niet alleen erg lekker maar is ook rijk aan vitaminen en mineralen. Door de korrels eerst te roosteren krijg je een spannend, nootachtige aroma. De kooktijd is maar 20 min. Wel moet je uitkijken dat de korrel niet te klef wordt, roer tijdens het koken niet in de pan!

Zuurkoolschotel met boekweit.

zuurkool in de ton

Zuurkoolschotel met boekweit

Een verrassende combi voor als je de zuurkoolstamppot zat bent: luchtig en nootachtig
Gang Hoofdgerecht
Porties 4

Equipment

  • 1 oven
  • ovenschaal

Ingrediënten
  

  • 200 gr boekweit
  • 400 ml groentenbouillon
  • scheut olijfolie
  • 1 tl gemalen of gekneusde koriander- mosterdzaad en komijn
  • 1 ui
  • 1 teen knofllok
  • 1 paprika optioneel
  • 400 gr zuurkool
  • 200 gr komijn of fenegriek kaas*
  • room
  • sesamzaadjes

Instructies
 

  • Rooster 200gr boekweit in een koekenpan en kook vervolgens ong. 15 min in de groentenbouillon
  • Verwarm de oven voor op 180 C
  • Bak de kruiden in een koekenpan, fruit vervolgens de ui, knoflook en paprika in (olijf)olie
  • Voeg 400gr grof gesneden zuurkool toe en stoof even mee met een lepel bouillon
  • Meng met de gekookte boekweit en blokjes (komijn of fenegriek) kaas (hou iets van de kaas achter)
  • Doe alles in een ingevette ovenschaal, (giet eventueel nog wat room over de schotel) en besprenkel met geraspte kaas en sesamzaadjes
  • In de oven in 30-45 minuten afbakken
Zuurkool maken op CSA de Oosterwaarde

Recept voor zuurkool: kolen, snijden, in de ton, 2% van het gewicht aan zout toevoegen (+ kruiden: jeneverbessen, peper), stampen tot het vocht eruit komt, goed afsluiten met gewicht, op ‘kamertemperatuur’ minstens 6 weken laten staan, checken, in potjes doen voor de deelnemers. Verse, ongepasteuriseerde zuurkool!

Koolraap

De koolraap kan wel wat aandacht gebruiken, zei Sander van de Overkant. En daar heeft ‘ie groot gelijk in! De koolraap is met zijn stoere bonkigheid een echte Hollandse winterklassieker. De koolraap groeit onder de grond en is wat ze noemen een wortelknol. Je kunt m best een tijdje (paar weken) bewaren als het moet. Als je de raap schilt, zie je een mooie gele kleur. De wat zoetige smaak combineert heel goed met zout en iets vettigs zoals kaas. Lekker in dikke frieten gesneden met mayo!

Koolraap, knolraap, koolrabi….?

Hoe zat het ook alweer? Vaak worden koolraap en knolraap (ook wel meiknolletje) door elkaar gehaald. Waarschijnlijk is de koolraap ontstaan uit een kruising tussen kool (Brassica oleracea) en knolraap (Brassica rapa). Om de verwarring compleet te maken, worden allebei vaak gewoon ‘raap’ genoemd. De koolraap is echter een typische wintergroente, is vaak groter en eet je altijd gekookt, gesmoord of gebakken. De knolraap is meer ‘radijzig’ en kun je ook rauw eten. Hetzelfde geldt voor koolrabi, die er met zijn grappig uitsteeksels weer heel anders uitziet.

  • koolrabi wit
  • knolraap of meiraap

Mijn go-to recept met koolraap is deze klassieke combi met blauwaderkaas, peer en walnoten en dan verpakt in een deegjasje. Je kunt er een mooi pasteitje van maken maar eerlijk gezegd vind ik dat vaak teveel moeite en drapeer ik het deeg gewoon over de vulling heen. Enne, een korstdeegje is echt makkelijk zelf te maken en veel lekkerder. Maar je kunt natuurlijk ook bladerdeeg nemen. De hoeveelheid deeg in het recept is genoeg om de vulling in te verpakken. Doe je het deeg alleen over de vulling, dan heb je waarschijnlijk te veel. Maak dan iets minder of bewaar het restant makkelijk in de vriezer voor een volgende keer.

Grappig, ook Yvette (van Boven) verpakt de koolraap in een korstje. Maar dan èèn van zout! Deze eet je niet op, maar gebruik je om de koolraap te poffen. Is de koolraap gaar, dan bik je de zoutlaag eraf. Ze gebruikt de gegaarde en dungesneden koolraap in een mooi voorgerecht met cantarellen. Kijk hier haar kerstrecept en filmpje.

koolraap pastei

Koolraap pastei

Deze stoere wintergroente verdient wel wat aandacht. Combineert goed met romige en pittige kaas en een korstje.
Gang Bijgerecht

Equipment

  • oven

Ingrediënten
  

Korstdeeg

  • 200 gr bloem
  • 75 gr koude harde boter
  • snuf zout
  • 25 gr. oude kaas optioneel
  • el water

Voor de vulling:

  • 800 gr koolraap
  • 200 gr blauwaderkaas
  • 2 peer
  • handje walnoten
  • olijfolie
  • karwij
  • gembersiroop anijszaad, kaneel, chili, nootmuskaat, peper, zout

Instructies
 

Korstdeeg zelf maken (of gebruik bladerdeeg)

  • Meng 200 gr bloem met een snufje zout. Snijd 75 gr koude, harde boter met twee messen in de bloem tot kleine stukjes ter grootte van een erwt. (of rasp de boter) Doe 25 gr. oude geraspte kaas erbij (optioneel) en een paar el koud water Even met een vork mengen. Stort de inhoud van de kom op het aanrecht en vorm met bebloemde handen zonder te kneden een bal van het deeg. (stukjes boter mogen nog zichtbaar blijven)
  • Rol in folie en leg tenminste 30 min in de koelkast

Vulling

  • Verwarm de oven voor op 200 C
  • Snij de koolraap in kleine blokjes, meng met een beetje olijfolie en karwij en verdeel over een bakplaat; bak in ong 20-30 min gaar. (koken kan ook)
  • Snij ondertussen 200 gr. blauwader kaas en de peer in kleine blokjes. Doe er een handje gehakte walnoten bij en schep alles door elkaar
  • Maak goed op smaak met scheut gembersiroop, gemalen anijszaad, kaneel, beetje chili, nootmuskaat en peper/zout
  • Rol het deeg uit op een koud met bloem bestoven aanrecht, vouw een paar keer in drieën en rol weer uit (werk snel en zorg dat het deeg niet te warm wordt, dan gaat het plakken). Rol ten slotte uit tot een ovale lap.
  • Doe de vulling in een ovenschaal en dek toe met de deeglap, stop goed in aan de zijkant.*
  • Of rol de deeglap om de vulling en maak een mooi pakketje
  • Bestrijk met eigeel en bak in de oven in ong. 30 minuten goudbruin.

Notities

*Gebruik je de deeglap alleen om over de vulling te draperen (en niet eromheen) dan heb je waarschijnlijk teveel deeg. De rest is prima te bewaren in de vriezer!
Trefwoord koolraap

Rode kool salade

Dat is natuurlijk heerlijk uitpakken: zo’n mooi opgemaakte schaal met rode kool salade. Warm en kruidig met stukjes sinaasappel, gember, dadels, wortel en sesamzaadjes. De truc is de rode kool ragfijn te snijden, te mengen met een warme dressing en dit enige tijd in te laten trekken. En natuurlijk de nodige aandacht te besteden aan de garnering.

Ik maak dit recept al jaren en het is altijd een feestje, ook op een gewone door-de-weekse-dag. Je kunt uiteraard varieren met de kruiden en er je eigen draai aangeven (vandaar dat jouw rode kool salade altijd anders smaakt dan de mijne). In deze kerstvariant gebruiken we een geurige kruidige mix van sinaasappel, kaneel, gember, dadel en ahornsiroop. Een snufje chilipoeder mistaat ook niet evenals feestelijke cranberries of granaatappel pitjes. De ahornsiroop is ook prima te vervangen door honing of agavesiroop. Ik heb ook wel eens succesvol zuurkool door de salade gemengd. Je kunt je natuurlijk ook gewoon aan onderstaand basisrecept houden.

Feestelijke rode kool salade

Kruidige rode kool salade

Een kruidige rode kool salade. Prachtig gegarneerd met stukjes sinaasappel, dadels, wortel en sesamzaadjes.
Gang Bijgerecht, Salade
Keuken Fushion, Midden-Oosten
Porties 4

Equipment

  • (keuken) mandoline of schaaf
  • steelpan

Ingrediënten
  

  • 300 gram rode kool
  • 1 wortel
  • 1 cm gemberwortel
  • ½ dl rode wijnazijn
  • 3 eetl ahornsiroop
  • een snufje kaneel
  • 1 sinaasappel
  • 1 dl sinaasappelsap of sap van 1 sinaasappel
  • 2 eetl olijfolie
  • 1 eetl sesamolie
  • peper-zout
  • 50 gr dadels
  • 2 eetl sesamzaad

Instructies
 

  • Bereiding
  • Rasp de kool in zeer fijne slierten (hou wat achter voor garnering). Dat gaat het best met een mandoline of schaaf (pas op je vingers!) Rasp de helft van de wortel en de gember fijn.
  • Meng in een steelpan: gember, azijn, ahornsiroop, kaneel, rasp en sap van 1 sinaasappel, olijfolie en (sesam)olie. Verwarm dit tot je de azijn ruikt en zet dan het vuur uit. Breng op smaak met peper en zout.. Giet vervolgens je de nog warme dressing over de fijngesneden rode kool en wortel en kneed goed door met je handen. Laat het minimaal een uur intrekken (een dag vantevoren kan ook prima!) De kool wordt nu zacht en de smaken trekken dan goed in.
  • Opmaken en serveren:
  • Ontpit de dadels en halveer ze. Snijd partjes van de sinaasappel (zonder velletjes).Rooster de sesamzaadjes op een laag vuur tot ze lichtbruin zijn. Meng een deel van de dadels, sinaasappel en sesamzaadjes door de rode kool
  • Serveer in een mooie schaal en gebruik een deel van de ingrediënten als garnering. Of serveer in een koolblad als 1-persoonsportie.

Notities

Deze rode kool salade is een van de gerechten die je kunt presenteren als bijgerecht op de kersttafel. Net als deze.
Trefwoord dadel, feestgerecht, kruiden, rode kool, wortel

Feestelijke rode kool salade

Spruiten spektakel

Er was een tijd dat ik er niet aan moest denken om spruiten te kopen laat staan zelf klaar te maken. Een groenten abonnement bracht daar verandering in. Tegenwoordig kijk ik er al naar uit en aarzelde niet om spruiten als feestelijk bijgerecht op het kerstmenu te zetten. Maar ook als snelle door-de-weekse-hap is het niet te versmaden.

Het geheim van een heerlijk spruitje is roosteren!

Geroosterde spruitjes smaken heel intens, zacht en zoet. Heel wat anders dan gekookte spruitjes.
Je kunt ze direct eten, maar ook de volgende dag zijn ze nog heerlijk (eventueel nog even bij
warmen in de oven). Prak restjes geroosterde spruitjes door zelfgemaakt hummus en je hebt een heerlijk broodbeleg.

Hoe dan?

Verwarm de oven op 180 °C

Was de spruiten, snijd ze in plakken en doe in een kom. Hussel door elkaar met olie en zout. Leg een bakvel op de bakplaat en spreid de spruitjes erover uit tot 1 enkele laag (gebruik anders 2 platen). Rooster 10-15 min., hussel de spruiten door elkaar en rooster dan nog 5-10 min. Let op: de spruiten moeten wel beginnen te kleuren, maar niet verbranden!

spruiten spektakel

Maar wacht. Stel nou dat je ineens een hele stronk spruiten in handen krijgt van je ‘groentenjuwelier?’ Zonde om deze zelf van de stronk te halen. De spruitjes aan de stronk zijn langer te bewaren, zeker 2-3 weken, helemaal als je deze in een vaas zet. (leuk cadeau in plaats van een bloemetje.) Bereid de spruiten aan de stronk in de oven en zet ze als spektakelstuk op tafel met kerst.

  • oven voorverwarmen op 180C
  • stronk met spruiten afspoelen, droogdeppen en op maat snijden zodat deze diagonaal op de bakplaat past. (hou eventueel losse spruitjes achter). Eventueel minder mooie blaadjes verwijderen.
  • maak een dressing met olijfolie, honing, zout en peper en bestrijk de spruiten ermee (hou nog wat achter)
  • rooster de spruiten-op-stronk in 35-40 minuten goudbruin en beetgaar*.
Extra feestelijk:

* Neem de stronk na 18 minuten uit de oven en draai de stam op de bakplaat om. Druk zachte geitenkaasballetjes tussen de spruiten-op-stam en bestrijk de balletjes met de overige marinade. Rooster de spruiten-op-stam nog 17-22 minuten in de oven tot de geitenkaas balletjes goudbruin en de spruiten geroosterd en gaar zijn. -voeg eventuele losse spruitjes toe op de bakplaat.

Rooster 50 gr pijnboompitten in een droge koekenpan.

Serveer het spruitjes spektakel op een plank of serveerschaal en garneer het gerecht met de losse geroosterde spruitjes en de pijnboompitten.

Winter postelein

De naam winter postelein suggereert dat er ook zomer postelein is. Dat klopt maar dat noemen we vaak gewoon postelein. Behalve het oogstseizoen zijn er wel meer verschillen. De winter postelein heeft een fijn steeltje en een mooie ruitvormig blaadje en eet je het liefst rauw als salade of in stamppot (met zure room en mierikswortel). Gek genoeg is de zomer postelein wat grover en taaier van structuur en vooral geschikt om gekookt te eten. Het slinkt als spinazie en heeft een friszure smaak.

Als je de winterpostelein eenmaal kent, kom je ‘m overal tegen, gewoon langs de straat of in de berm! Het is eigenlijk meer kruid dan een groenten. In de moestuin is het een geliefd wintergewas omdat het een van de weinige ‘slasoorten’ is en een welkome afwisseling met kolen en knollen.

Postelein is heel rijk aan vitamine C, ijzer en is een van de beste plantaardige bronnen van omega 3 vetzuren (dat laatste vind je voornamelijk in vis en helpt om je hart gezond te houden). Heel gezond dus. Postelein bevat het ook oxaalzuur (dat merk je aan stroeve tanden, net als bij rabarber). Dit onttrekt kalk aan het skelet dus je moet het niet te vaak eten.

postelein met bloem

Winter postelein heeft nog iets grappigs. Als het bloeit dan groeit het witte bloemetje op het blad. Je kunt het ook met bloem prima eten en het steeltje erbij. In een salade of stamppotje dus, maar als smoothie ook niet te versmaden:

Smoothie van winterpostelein, appel en honing
  • 50 gram gewassen blaadjes van winterpostelein
  • 1 fris zure appel
  • honing naar smaak
  • melk, appelsap of  yoghurt naar smaak

Doe alle ingrediënten in de blender en meng het tot een gladde smoothie. Je kunt uiteraard variëren met de ingrediënten naar je eigen smaak, zolang het hoofdonderdeel de winterpostelein is. Superpowerrrrr!

Nou, vooruit dan ook nog een salade recept:

Wintersalade

met winterpostelein, pastinaak, pompoenpitten(olie) en sinaasappeldressing.

  • rooster de pompoenpitten in een droge koekenpan en zet deze apart;
  • rasp de schil van een sinaasappel en snij de schil dik weg zodat je alleen nog een oranje buitenkant hebt. Snij partjes van de rest van de sinaasappel en vang het sap op (knijp ook de schil uit) en gebruik dit  voor de dressing; –kijk hier hoe je de sinaasappel snijdt.-
  • maak een dressing van: pompoenpitolie, sinaasappel/ citroensap, appeldiksap, mosterd, peper/zout
  • schil de pastinaak en snij deze in blokjes van ong. 1 cm; roerbak de stukjes in een beetje olijfolie totdat ze bruin en zacht zijn (ong. 10 min.); meng met de dressing en laat een beetje afkoelen
  • was en droog de winterpostelein, drapeer in een schaal en schep de pastinaakblokjes erop en garneer met de sinaasappelpartjes en pompoenpitten

Groenlof

‘De smaak van groenlof ligt ergens tussen die van witlof en andijvie.’ NOT! Deze groenlof uit de tuin van de Overkant is echt wel veel heftiger en lijkt op radicchio ofwel roodlof. Beide zijn nog old-school groenten en relatief onbekend zodat de bittere smaak nog niet eruit is gekweekt, aldus tuinder Sander.

Suikerbrood

Groenlof wordt ook wel suikerij of suikerbrood (sugar-loaf of pain du sucre) genoemd, en dat heeft vooral met de vorm te maken. De in elkaar gedraaide bladeren vormen een ‘kegel’. Suiker werd vroeger in kegelvorm verkocht, dat noemde men suikerbrood. Of is suikerij een verbastering van chicorei, de familienaam van de groente? – Op de site van MergenMertz lees je meer over de historie van Groenlof of suikerij. Onder andere dat in Deventer gevonden zaden erop wijzen dat het gewas in de elfde of twaalfde eeuw al in Nederland werd verbouwd.-

Bereiding

Haal de buitenste stugge bladeren van de kegel en je houdt een malse kern over. Vind je een ouderwets bittertje lekker, eet dan de groenlof lekker rauw in salade of in een stamppot. Door stoven of smoren verlies je iets van de bitterheid. Net als een combinatie met iets ‘romigs’ en iets ‘hartigs’. Iets romigs is niet alleen letterlijk room of kaas maar kan ook een dressing zijn, eieren of een romige puree van (zoete) aardappel en pastinaak. Peulvruchten zijn ook een goede vriend! Voor de hartigheid gebruik je ingrediënten met veel ‘umami‘ zoals tomaat, champignon, sojasaus en miso. Kijk bij het blog over andijvie-anders voor het geheim van bittere bladgroenten bereiden. De andijvie recepten kun je ook voor groenlof gebruiken. Ik maakte deze groenlof plaattaart van Aan tafel bij Anna.

Groenlof plaattaart met zoete aardappel
  • Maak een puree van gekookte zoete aardappel en breng op smaak met chilivlokken en zout
  • Verwarm oven voor op 200C
  • Rol kant en klaar bladerdeeg uit op een met bakpapier beklede bakplaat (of maak zelf een deegje)
  • Bestrooi het deeg met een dun laagje rode linzen (dit zorgt ervoor dat het deeg niet te nat word) en verdeel de aardappelpuree eroverheen
  • Snij de groenlof in dunne repen en verdeel over de puree totdat deze helemaal bedekt is
  • ‘Beleg’ vervolgens met plakjes kastanje champignon of shii-take en tenslotte gorgonzola
  • Bak in het midden van de oven in 25 minuten gaar en goudbruin.

Bleekselderij

De meeste mensen kennen bleekselderij wel als toevoeging in salades, sauzen of soep. Of gebruiken de stengel om te dippen en als roerstokje in een cocktail . Er zit veel kalium en natrium in bleekselderij en dat geeft een hartige, zoute smaak aan een gerecht. Je kunt het dus heel goed gebruiken als een natuurlijke zoutvervanger. Selderij zout is een mix van zout met selderijzaad. Geeft net een ander accent aan je gerecht.

Als groente is de bleekselderij minder bekend, maar deze wokschotel is simpel en verrassend lekker als bijgerecht. Met gember, sesam en knoflook is het een klassieke combinatie met oosterse gerechten.

Gewokte bleekselderij met knoflook en sesam
  • Verwijder de onderkant van een bos bleekselderij en was de groente. Trek vanaf de onderkant eventuel draden eraf en snijd de stengels in stukjes. 
  • Pel een ui en knoflooktenen en snijd deze zo fijn mogelijk. Rasp een centimeter verse gember.

Verhit een wok op hoog vuur, verhit een scheut zonnebloemolie zodra de wok begint te roken. Bak hierin de fijngesneden ui, knoflook en gember en voeg daarna de stukken bleekselderij toe. Bak nog even door, de bleekselderij is het lekkerste als deze nog een beetje knapperig is. Breng op smaak met peper, zout, sesamolie, sojasaus en een snuf chilivlokken.

Serveer als bijgerecht en maak af met sesamzaadjes. Eet smakelijk!

bleekselderij

Palmkool

‘Oh, is dat palmkool’, zei de vrouw, ‘Ik heb het gekregen op de tuin. Prachtig hoor, maar ik heb geen idee wat ik er mee moet.’ Ja, dat snap ik helemaal. Heb je zo’n groenten abonnement bij de bioboer, krijg je om de haverklap groenten die je nog nooit gezien laat staan geproeft hebt. Palmkool is er zeker zo eentje. De eerste keer dat ik deze tegenkwam (9 jaar geleden alweer!) was het begin van mijn receptenblog: ‘culinaire avonturen in de achtertuin’. Want wat moet je met palmkool en al die andere groenten die je gaat (her)ontdekken?

Als je de palmkool in de tuin ziet staan, snap je direct waar de naam vandaan komt: een dikke hoofdstam en daaraan een waaier aan grote, donkergroene, bobbelige bladeren. Je oogst het blad vanaf de onderkant en dan groeit ‘ie gewoon weer verder. De tuinder kan dus lange tijd van de plant oogsten en dat maakt het een dankbaar gewas voor de moestuin. Palmkool werd al heel lang in ons land geteeld en is daarna een tijdje verdwenen. De plant komt oorspronkelijk uit Italië en daar heet het ‘cavalo nero’ ofwel zwarte kool. Het is een bladkool, net als boerenkool, maar ik vind m qua smaak veel lekkerder en zachter. Je kunt m op dezelfde manier bereiden als boerenkool maar deze bereidingen maken het veel spannender.

Leentje van Velt maakt er een dahl van. Ik vind de klassieke combinatie van palmkool in deze Toscaanse maaltijdsoep, Ribolitta nog steeds het allerlekkerst: met tomaat, venkel en (witte) bonen of notige kikkererwten. De vertaling van Ribolitta is ‘opnieuw koken’ en dat is het geheim. Dus de soep lekker een dagje laten staan en dan opnieuw verwarmen. De smaken hebben dan alle tijd gehad om zich verder te ontwikkelen en om één geheel te worden. Ribollita is heerlijk op een eerste koude herfstavond als je net voor het eerst de verwarming aan moet… Hmmm laat de culinaire avonturen nooit ophouden!

De palmkoolbladeren laten zich als volgt makkelijk verwerken: rits het blad van de dikke nerf, rol het op en snij in reepjes.

Toscaans maaltijdsoep: Ribolitta
  • Paar dikke tenen knoflook en een uitje fruiten in de olijfolie, wat venkelzaad erbij
  • Ondertussen was ik de palmkool en snijd het blad in reepjes. Met aanhangend water in de pan met ui en knoflook doen en stoven
  • Een jonge pastinaak die ik per ongeluk uit de grond getrokken heb erbij (wortel, selderij oid kan ook maar had ik niet in huis)
  • Paar rijpe sappige tomaten meestoven.

(dit mag in totaal best even duren 5-10 minuten tot alles zacht is)

  • Water of bouillon erbij doen totdat de groenten goed onder staan en dit door laten warmen
  • gekookte witte bonen of kikkererwten erbij, – als je blik gebruikt, eerst afspoelen –
  • haal een deel van de groenten uit de pan en even de staafmixer erdoor als je een wat gebonden soep wilt, dan de rest er weer bij en doorwarmen.

Venkel

Bestaat er een mooiere groente? En nog lekker ook met die anijsachtige geur en smaak. Eèn van mijn favorieten. Venkel is een energieke groente en ligt niet zwaar op de maag. Daarnaast past de anijs-achtige smaak goed bij warm weer en is het een groente met eindeloze mogelijkheden. Zowel de loof, knol als zaad kunnen verwerkt worden in gerechten. Venkel is met name in landen rond de Middelandse zee een veel gebruikte groente en combineert heel goed met gestoofde tomaat en sinaasappel. Vandaar hier twee frisse recepten voor een mooie nazomer.

Hoe maak je het schoon?
  • Het fijne dilleachtige loof eraf halen. Niet weggooien! Je kunt het als kruid weer toevoegen of er thee van trekken.
    Van de stengels kun je goed bouillon trekken of anders apart fijn snijden.
    Eventuele bruine plekken van de knol verwijderen, deze zijn bitter. 
    De rest van de knolvenkel in de lengte in vieren snijden: nu kun je de wortelaanzet makkelijk wegsnijden, eventueel de stukken nog in fijnere repen van ongeveer 1-2 cm snijden of heel fijn schaven als je de venkel rauw gaat eten.
Wat doe je ermee?
  • rauw: fijn gesneden als salade, lekker met sinaasappel/mosterddressing 
  • koken met water en zout: ongeveer 10-15 minuten
  • smoren: in vispakketje in de oven
  • stoven: eerst aanbakken in de pan en dan vocht toevoegen (bouillon of witte wijn)
  • grillen: besmeren met olijfolie en in de grillpan of in de oven
Mediterraan Stoofpotje

Voor dit recept gebruik je een combinatie van grillen en stoven: de venkel in een pan met dikke bodem in een beetje olijfolie aan een kant goed bruin laten worden (eventueel in gedeeltes doen), uitje erbij, dan wat superrijpe tomaten erbij doen en zwarte olijven. Wat vocht toevoegen (balsamico azijn of wijn), 15-20 minuten laten stoven (met deksel op de pan). Eventueel kun je er een blikje tonijn door doen of wat feta kaas overheen kruimelen. Op smaak maken. Het fijne venkelloof op het allerlaatst eroverheen draperen.

VenkelSalade met gember / sinaasappeldressing

Stevige smaken die goed bij elkaar passen. Deze dressing past ook heel goed bij witte, rode of chinese kool en andijvie.

  • verhit een laagje olie in een klein pannetje, frituur hierin dunne schijfjes verse gember tot ze krokant zijn, vis de stukjes eruit en laat uitlekken
  • fruit een kleingesneden sjalotje zachtjes in de overgebleven olie, blus af met het sap van een sinaasappel (of rode grapefruit). Haal het pannetje van het vuur en roer er wat honing en peper en zout bij
  • schep de nog lauwe dressing door de fijngeschaafde venkel en laat dit even intrekken (bij de wat hardere rauwe groenten, zoals venkel en kool mag dit best een half uur staan)
  • schep ten slotte wat partjes sinaasappel erdoor, strooi de gefrituurde gember erop en wat geroosterde sesamzaadjes. (ook lekker met granaatappel, zie onder)

Snij- en sperziebonen

Is er nog iemand die zo’n speciaal snijbonen molentje gebruikt? Zo eentje die je op de rand van de tafel schroeft en waar je een voor een de bonen in een gleuf doet? Door aan de slinger te draaien worden de platte bonen in schijfjes gesneden. Een heerlijk werkje vond ik dat vroeger altijd. Tegenwoordig doe ik die moeite niet meer en snij ik de snijbonen gewoon in wybertjes. En eerlijk gezegd vind ik het mondgevoel lekkerder dan de dun gesneden snijbonen.

Snijbonen, spekbonen (stokslabonen), sperziebonen (en zo zijn er nog een paar) zijn niet hetzelfde. Maar voor de bereiding kun je ze zeker door elkaar gebruiken. Het verschil zit in de dikte van de schil. Bij de wat stuggere bonen, zoals de snijboon, ervoor zorgen dat je draad goed eraf haalt en de boon dus snijdt. Van de sperziebonen hoef je alleen het stukje wat aan de plant heeft gezeten eraf te halen. Als ze knappen bij het breken, weet je dat ze goed vers zijn. Oja, en het is sperziebonen (met een z dus) en niet met een c. De naam komt van asperge omdat ze op oorspronkelijk dezelfde manier worden klaargemaakt: met boter en nootmuskaat.

Verse bonen met kokos-citroenssaus
  • ui en knoflook fijnsnijden en in olijfolie zachtjes fruiten
  • bonen wassen, (draad verwijderen) in stukken snijden of breken en bij de ui/knoflook doen.
  • wat water en een stukje citroengras (sereh) toevoegen toevoegen en koken totdat de bonen net beetgaar zijn
  • stuk santen (kokoscrème) toevoegen en laten smelten
  • op smaak maken met pittige kerrie, zout, kokosrasp en citroensap. Als het te zuur is kun je nog een scheutje diksap toevoegen.

Meng er nog wat tomaten door en met peulvruchten* en/of quinoa heb je een heerlijke maaltijdsalade.

Ook leuk: Stamppot van snijbonen met fijngesneden sla, brie en walnoten.

*verse bonen zijn ook peulvruchten alleen worden ze in dit geval als groenten beschouwd en niet als eiwit bron