Japanse pannenkoek – Okonomiyaki

Ik heb alles met makkelijk klaar te maken groentengerechten ‘waar je eindeloos mee kunt variëren’ en de Japanse pannenkoek ofwel Okonomiyaki is er zo een. De naam – paar keer oefenen en hij rolt zo van je tong- betekent letterlijk ‘wat je lekker vindt’ (okonomi) en gebakken (yaki). Nou, dat kan natuurlijk nooit mis gaan! Nog mooier: de pannenkoekjes zijn tamelijk vullend en alles zit er in. Heb je gelijk een volledige makkelijke maaltijd die iedereen lekker vind.

Het basisrecept van een hartige groentenpannenkoek

– Maak een beslag van eieren, bloem en water;
– Voeg hier flink wat fijn gesneden groenten aan toe en maak op smaak
– Bak hier dikke (pannen)koekjes van
– Garneer / serveer met saus of topping

Okonomiyaki

Het gerechtje bestaat feitelijk uit 3 delen: beslag, groentenvulling en de topping of saus. Je kunt het zo ingewikkeld of Japans maken als je wilt maar er ook gewoon je eigen, Hollandse draai aan geven.

Beslag
2 eieren, 200 gr. meel of bloem en 200 ml water/bouillon, kruiden

Dit maakt een vrij dun beslagje, genoeg voor 4-5 dikke pannenkoekjes van ongeveer 20 cm doorsnee.

Variaties:
  • Ik heb gewoon water gebruikt maar een bouillon is veel beter. Gebruik je bewaarde bouillon of kookvocht (of maak een bouillon en laat deze afkoelen) Echt Japans is natuurlijk om ‘Dashi’ te gebruiken: een bouillon gemaakt van kombu (zeewier), tonijnvlokken of shii-take, shoyu (japanse sojasaus) en mirin (japanse rijstwijn).
  • In veel recepten wordt ook wel panko toegevoegd: een japans broodkruim die heel licht van structuur is. Gewoon broodkruim of een schepje gekookt graan die je nog in de koelkast hebt staan lijkt me ook een uitstekende aanvulling.
  • Wil je vegan gebruik dan kikkererwten meel en laat de eieren weg. Misschien moet je een beetje bakpoeder toevoegen maar zonder lukt waarschijnlijk ook wel. Kikkererwtenmeel kun je namelijk ook als ei-vervanger gebruiken.
  • Ook voor de gluten-vrije variant kun je kikkererwtenmeel gebruiken. In dat geval hoef je de eieren niet te skippen maar het kan natuurlijk wel.
Groenten vulling
400 gr. kool + 100 gr. andere groenten (wortel, (bos)ui, prei), 4 cm verse gember
(of whatever)

De basis van de Okonomiyaki is kool en dat vind ik juist het briljante eraan: de sliertjes met beslag geven een lekkere structuur. Het is vooral ook een prima manier om die enorme (zomer)kolen te verwerken – en te verstoppen voor je kinderen? Maar hè, dit recept heet niet voor niks ‘wat je lekker vindt, gebakken’ dus inderdaad ‘whatever’ en vul gerust aan met wat er nog als restje in de koelkast ligt.

Variaties:
  • Ik vind het lekker om de kool dun te schaven maar het hoeft niet. Zomerkolen (Chinese-, spits of savooiekool zijn van zichzelf al zachter van structuur en slinken bij het bakken.
  • Gebruik je ‘waterige’ groenten als courgette als basis, dan zou ik deze eerst wat uit laten lekken: rasp, voeg zout toe en doe in een vergiet totdat het meeste water eruit is.
  • Bewaar wat van je groenten voor bovenop je pannenkoekje (dungesneden prei, bosui, rode ui oid)
Topping of saus
Garneer / serveer je pannenkoekje met verse kruiden / dungesneden groenten als prei, bosui, rode ui oid
Streepjes Japanse mayo (kewpie) en okonomiyaki saus

De echte Okonomiyaki garneer je met Okonomiyaki saus en Japanse mayo. Ik vond de beide sausje echt wel de moeite waard om toe te voegen. Je kunt ze beiden kant en klaar kopen maar ook (soort van) zelf maken.

Variaties:
  • Eerlijk gezegd vond ik de gekochte Japanse mayo (kewpie) niet zo bijzonder, het leek gewoon ‘slasaus’. Het kwam alleen in een handig plastic knijpflesje zodat je van die geinige streepjes kunt trekken over je gerechtje. Gebruik gewoon mayo, maak het iets dunner met olie of yoghurt bv en voeg wasabi of mierikswortel (poeder) toe voor de Japanse ‘touch’.
  • De Okonomiyaki saus is een soort BBQ – saus, vol met hartige umami smaak. Maak m zelf met 1 el ketchup, 2½ tl (Japanse) Worcestersaus, 1½ tl oestersaus, 1 tl suiker. Zelf heb ik gewoon wat ingrediënten bij elkaar gegooid: tamari, zoet-zure chilisaus, gembersiroop en sesamolie en gerookte paprika. Zoiets. Lekker
okonomiyaki

Spitskool

Toegegeven, spitskool was vroeger ook geen groente die ik zelf gauw zou kopen. Tegenwoordig ben ik dol op de zachte smaak en het feit dat het makkelijk klaar te maken is. En dat komt mooi uit want de spitskool is nu volop verkrijgbaar.

Het recept dat geen recept mag heten

… omdat het werkelijk te simpel is (maar wel de allerlekkerste bereiding van spitskool die ik ken): De spitskool in 4 parten snijden (van de punt tot aan de kont). De snijvlakken insmeren met olie, zout en een beetje citroensap en dan in een voorverwarmde oven 200o C roosteren totdat de blaadjes net niet verbrand zijn (minuut of 10-15, even erbij blijven). Je weet niet wat je proeft!

Nou vooruit dan toch ook maar een recept: spitskool met kerrie en kokos is natuurlijk een klassieker

Spitskool met kerrie en kokos
  • Verhit in een droge pan wat kruiden: moster- koriander zaad en karwij, haal uit de pan en maak fijn in de vijzel
  • Fruit in de pan wat knoflook met ui, gember, pepertje, kerrie en de andere kruiden
  • Voeg wat kleingesneden courgette toe; Spitskool in de lengte doorsnijden, kern eruit en dan de kool in repen snijden en even meebakken
  • Doe wat fijngeraspte santen (kokos) erdoor en laat de groenten heel even smoren met de deksel op de pan. Schep er op het allerlaatst wat fijngeraspte appel door
  • Ook lekker met wat ongezouten cashewnoten erover

Serveer met volkorenrijst en berglinzen. De kooktijd van de linzen is ongeveer gelijk met de volkoren rijst (zo’n 40 min.) dus je kunt ze goed samen koken. Peulvruchten en rijst vullen elkaar aan, bij elkaar heb je een volwaardige eiwitbron. Het ideale vegetarische gerecht dus. Berglinzen blijven heel bij het koken en hoef je niet vooraf te weken. 

Zuurkool

En ja, krijg je de berg spitskool niet weggegeten dan kun je deze fermenteren. Dat kan gewoon thuis, in een pot en na een paar weken heb je je eigen zuurkool !

The form you have selected does not exist.

Koolrabi

Hoe is het mogelijk dat ik nooit eerder over deze prachtige groente heb geschreven? Want prachtig is ‘tie, met die geinige uitsteeksels, en lekker ook. Maar ja, veel verder dan rauw door de salade of in plakken op brood kwam ik niet. En dat is lekker hoor maar daar vul je natuurlijk geen receptenblogberichtje mee. En we kunnen de hele zomer nog van deze groente genieten dus een beetje variatie is wel fijn. In dit recept gaan we de koolrabi smoren en serveren met armeluisparmezaan.

Bereiding

Grappig. Rauw is koolrabi lekker fris en knapperig. Gekookt smaakt ‘ie juist meer naar bloemkool, maar dan met beet. In dit gerecht gaan we de koolrabi ‘smoren’: we bakken de groente eerst even aan in de pan (dat is vooral voor de smaak) en doen dan de deksel op de pan. Het vocht uit de groenten condenseert tegen het deksel en valt terug in de pan. Hierdoor drogen de groenten niet uit en blijven ze lekker sappig (en behoud je de vitamines de je anders misschien met het kookwater weggooit).

braadpan met puntjes deksel
Zorg dus voor een pan met goedsluitende deksel.
Een braadpan is hiervoor erg geschikt:
de puntjes aan de binnenkant van de deksel
zorgen ervoor dat het vocht geleidelijk
verspreid wordt over het oppervlak.

Gesmoorde koolrabi met salie

Dit recept stond ‘ongeveer’ in Seizoenen het twee maandelijks tijdschrift van Velt
(Vereniging voor Ecologisch Leven, koken en Tuinieren)

  • Laat een klont boter in de pan smelten en voeg er een scheut olie aan toe (hierdoor kun je het vet beter verhitten zonder dat het verbrand) – of gebruik alleen olie
  • Leg een paar blaadjes salie op elkaar en rol tot een sigaartje, snij er nu dunne reepjes van. Bak de salie krokant in het hete vet en schep het er met een schuimspaan weet uit. Laat uitlekken op een stukje papier.
  • Snij een ui in stukjes of in hele dunne ringen; bak deze bruin in hetzelfde vet als waarin je de salie hebt gebakken.
  • Ondertussen schil je de koolrabi* en snijd deze in dubbelsteentjes van 1-2 cm. Doe de koolrabi bij de ui in de pan en bak deze mee totdat ze rondom bruin is. Doe dan de deksel op de pan, draai het vuur laag en laat de ui en koolrabi smoren totdat ze zacht zijn. Je gebruikt ongeveer 1 kleine koolrabi per persoon als bij gerecht of 1 grote voor 2 personen
  • Als de koolrabi gaar is, schep je de salie erdoor en maak je het gerecht op smaak met peper/zout.

* Je gebruikt ongeveer 1 kleine koolrabi per persoon als bijgerecht of 1 grote voor 2 personen
Koolrabi eet je het liefst zo vers mogelijk. Oudere exemplaren kunnen wat stug en vezelig worden. Wil je ze bewaren dan kun je de koolrabi overigens prima invriezen: eerst even schillen en blancheren.
Of fermenteren! Je kunt zowel de droge als natte methode gebruiken.

Wij aten de koolrabi met een restje couscous salade en pangrattato: armeluisparmezaan. Dat laatste maak je door broodkruim (bv van oud brood) te bakken in de olie met knoflook en zout. Met wat gehakte (hazel)noten -ong. 50 gram p.p. – heb je snel een goede maaltijd!

Regelmatig handige tips en recepten in je mailbox?

The form you have selected does not exist.

Yoghurtsoep met verse bonen

Dop je eigen (tuin)bonen

Is er iets lekkerder dan verse peulvruchten? Zo’n hele zak vol, zo van de tuin. Waar je dan uiteindelijk maar een paar handjes van overhoudt. Helemaal prima voor een  zomersalade. Dit keer was het echter tijd om weer eens een echt nieuw recept uit te proberen. Van Ottolenghi, uiteraard, want in de Midden-Oosten keuken weten ze wel raad met peulvruchten. Een hete yoghurtsoep met tuinbonen. En heet slaat dit keer op de temperatuur en niet de hoeveelheid specerijen. Integendeel, lekker fris door de yoghurt, citroen en kruiden. Maar wel warm dus en bedriegelijk machtig. Een echte maaltijd soep.

Variaties

Ik heb wel een paar shortcuts toegepast op het recept: normaal maak je eerst de bouillon van wortel, ui en (bleek)selderij, ik nam voor de gelegenheid een bouillonblokje. Verder gebruikt Ottolenghi rijst, ik had blokjes aardappel. Al met al scheelde dat toch 45 minuten kooktijd en was de soep een koud kunstje (oh nee, heet)

Yoghurt soep – 4 personen
  • Breng 1 ¼ ltr bouillon aan de kook.
  • Dop de tuinbonen  (of andere verse peulvruchten) en kook ze een paar  minuten in de hete bouillon. Koel onmiddelijk en druk bij tuinbonen de zachte groene boontjes uit de buitenste dikke vliezen (dubbeldoppen)
  • Schil 4 kleine aardappels, snijd in kleine blokjes. (of gebruik 50 gram rijst) en kook gaar in de bouillon. Voeg de helft van de boontjes toe en pureer de soep met een staafmixer glad (het is nog vrij dun)
  • Klop 400 gr. dikke Griekse yoghurt los met 1 groot ei en 2 teentjes fijngesneden knoflook
  • Schep nu lepel voor lepel de helft van de soep bij het yoghurt mengsel en roer goed door (dit voorkomt dat de yoghurt gaat schiften), giet nu het yoghurt mengsel weer terug in de pan bij de rest van de soep.
  • Let op, soep niet meer laten koken maar al roerende tegen de kook aan houden totdat de soep warm en gebonden is. Maak op smaak met zout, peper en citroensap.
  • Schep de soep in een diepe kom en garneer met de rest van de boontjes, pluk dille en venkelgroen en geraspte citroen. Sprenkel er tot slot wat goede olijfolie over.

Lekker! Blijvertje.

Courgette

We trappen het zomerseizoen af met courgette. Verrassend is dat deze groente heel gezond is. Je zou niet verwachten dat er in en onder dat groene schilletje zoveel vitamine en mineralen schuilen: 100 gram levert maar liefst 28% van de dagelijks aanbevolen hoeveelheden vitamine C op! Door de neutrale smaak van courgettes kun je er vele kanten mee op. We beginnen met de kleine, stevige exemplaren en gebruiken ze als basis voor deze ’thuis tapas’ . Later in het seizoen kunnen we de (te) grote exemplaren verwerken tot soep en atjar.

Combineert heel goed met
basilicum, bosui, dille, citroen, dragon, kerrie, kervel,
komijn, koriander, oregano, salie, thijm en verse peper
.

Courgette Tapas:

rolletjes
  • snij met de kaasschaaf linten van de courgette, besmeer deze met wat (kruiden)olijfolie en laat even staan
  • maak een mengsel van ricotta, peper/zout, pijnboompitjes en een beetje basilicum
  • smeer het mengsel op de linten en rol de courgette op, zet evt vast met een prikker
mini pizza
  • snij de courgette in pakjes
  • beleg deze met bv groene of rode pesto, tomatensaus, pijnboompitjes, geraspte kaas en italiaanse kruiden
  • leg de mini pizza’s ongeveer 3-5 minuten onder voorverwarmde gril leg er evt. nog een blaadje basilicum op
Hartige koekjes
  • De courgettes wassen en met schil en al raspen, mengen met een theelepel zout en wegzetten in een vergiet (het zout ontrekt vocht aan de courgette waardoor je ze beter kunt bakken)
  • Mengen met ei (2 eieren op 500 gram courgette), verse kruiden zoals peterselie, koriander of munt en zoveel bloem dat de massa stevig genoeg is om er een koekje van te vormen; op smaak maken met peper, knoflook, paprika-, of kerriepoeder (of je eigen favoriete kruidenmengsel)
  • Verhit boter of olie in de pan
  • Met twee eetlepels (of je handen) platte koekjes vormen en deze aan beide kanten goudbruin bakken
  • 500 gram (2 kleine) courgettes levert ongeveer 15 koekjes op.

Courgette lasagne

Lasagne zonder lasagne? Dat kan heel goed met courgette! Laat de courgette plakken eerst even zweten voordat je ze in deze schotel verwerkt. Bestrooi de plakken met zout en laat deze minstens 10 minuten maar liever langer staan totdat ze water af gaan geven. De smaak van de courgette komt beter tot haar recht en ze laat zich beter bakken of grillen.

courgetteplant

Courgette ‘lasagne’

Courgettes in de hoofdrol in deze 'lasagne' al staat het je natuurlijk vrij om ook andere groenten en lasagne vellen toe te voegen.
Voorbereidingstijd 20 minuten
Bereidingstijd 20 minuten
Gang Hoofdgerecht
Keuken Italiaans

Ingrediënten
  

  • 1 (flinke) courgette
  • 2 ui snipperen
  • 2 à 3 teen knoflook
  • 8 takjes basilicum gerist en fijngehakt
  • 180 gram mozzarella in dunne plakken
  • 50 gram parmezaan geraspt

Instructies
 

  • Was de courgette, snijd 'kop'en 'kont' eraf en de rest in lange repen. – dat gaat heel goed met een kaasschaaf- Bestrooi de plakken met peper en zout en laat minstens 20 minuten 'zweten'. Dep de plakken daarna droog.
  • – snipper ondertussen de uien. ris de basilicum van de takjes en snij de blaadjes fijn. Rasp, indien nodig, de parmezaan. Verwarm de oven voor op 220C. –
  • Bedek een ovenschaal met een laag courgettes. Strooi er een deel van de andere ingrediënten over. Maak lagen totdat alles op is. Zorg dat de bovenste laag uit mozarella en parmezaan bestaat.
  • Bak de courgette in ong. 20 min gaar en goudbruin.

Notities

  • Voeg plakken aubergine en / of paprika toe. Laat de aubergine ook eerst ‘zweten’ of gril deze al gaar.
  • Voeg plakken tomaat toe (hou er rekening mee dat er dan vocht vrijkomt.
  • Maak een ‘echte’ met lasagnevellen > kijk wel eerst hoeveel kooktijd de pasta nodig heeft.
Trefwoord courgette, seizoensgroenten

Wortel, was- en bospeen

Nee, een bospeen komt niet uit het bos. Het zijn de lange, slanke wortelen met het loof er nog aan die samen, jawel, gebost zijn. Waspeen is schoongemaakte bospeen (zonder loof) en winterwortel is de dikke neus van de sneeuwpop. Het is eigenlijk heel logisch… Het hele jaar door zijn er dus wortelen te verkrijgen. En dat is maar goed ook. Wortel is met de ui, prei, selderij en knoflook een van de basisingredienten die je eigenlijk altijd in huis zou moeten hebben.

Oranje boven

Op dit moment kunnen we genieten van de zomerse bospeen. En dan ook nog in allerlei kleuren; de zg regenboogwortels. Het lijkt een noviteit maar het zijn eigenlijk de originele wortel kleuren. Zo komt de paarse wortel al 5000 jaar geleden in Afghanistan voor. De oranje wortel is er pas sinds de 16e eeuw en een typisch Nederlandse uitvinding. (en dat heeft niks met Willem van Oranje te maken, aldus Mari). Geef mij maar oranje! Niet omdat zo nationalistisch ben aangelegd, maar de paarse kleur verdwijnt al rap bij het koken en smaakt zeker niet beter dan onze nationale trots.

Met bospeen heb je dubbel kookgenot want het loof kun je ook als groente of kruid gebruiken. Snijd het er wel zo snel mogelijk vanaf want de blaadjes ontrekken vocht aan de peen. Bewaar het apart in een papieren zak of theedoek in de groentela van de koelkast. Gebruik het loof als ‘peterselie’, in soepen, salades, pesto en juist ja op de gekookte worteltjes!

Wortel labne

Labne is niks anders dan uitgelekte yoghurt met zout. Gemengd met kruiderij is het een heerlijk dip op de mezze tafel. Lekker met plat brood en rauwkost op een zwoele zomeravond. Dit recept met wortellabne vond ik op de site van de Groene Kookacademie:

  • 1 liter yoghurt uit laten lekken (in natgemaakte theedoek in een zeef);
  • ong. 400 gr. wortel en 1-2 teentjes knoflook grof raspen
  • dit in olie met zout en 1 tl chilivlokken heel langzaam (wel 30 min) laten ‘smelten’ totdat het zo zacht is dat je het met je tong stuk kunt drukken, wortel af laten koelen
  • yoghurt uit de theedoek schrapen en mengen met de wortel
  • op smaak brengen met limoensap en peper
bospeen
bospeen

Chinese kool

Enigszins intimiderend is het wel als je zo’n enorme Chinese kool aantreft. Maar de smaak is lekker zacht en, net als paksoi, het minst ‘kolig’ van alle koolsoorten. De knapperige structuur komt het best tot z’n recht als je de kool rauw eet of slechts kort gebakken. Door het volume heb je dan aan 1 kool al gauw genoeg voor een heel gezin. Chinese kool combineert heel goed met andere Aziatische smaakmakers als: gember, sesamzaad, sojasaus, tauge en paddenstoelen. Even kort wokken en serveren met rijst, mihoen en cashewnoten, levert al snel een heerlijk maaltijd op.

Zelf ben ik inmiddels verslaafd geraakt aan een nog simpelere bereiding, namelijk het roosteren van de kool in de oven. Dit kan overigens ook heel goed met andere ‘blad’ kolen zoals spitskool of boerenkool (chips!). Snij de kolen overlangs in parten (laat de onderkant vast zitten), besprenkel met een dressing van olie, citroensap, peper, zout eventueel wat mosterd of komijn. Rooster ong. 20-30 min of totdat de blaadjes gebruind zijn maar nog net niet verbrand (afhankelijk van de dikte) in de oven op 200 C.

Maar goed, dat is nog geen recept. Naast roosteren lenen de grote bladeren zich ook uitstekend om te vullen en op te rollen. De truc is om de nerven wat ‘af te platten’ en het blad te blancheren> dan is het zacht genoeg om te kunnen rollen.

pittige Chinese koolrolletjes

  • 1 Chinese kool
  • ½ kleine winterwortel, in luciferreepjes
  • stuk gemberwortel van ± 3 cm., fijngesneden
  • 1 teen knoflook, fijngesneden
  • 2 gedroogde rode pepers, fijngesneden
  • 1 el sesamzaad, in een droge koekenpan geroosterd
  • dressing
  • 4 el rijstazijn of sherry
  • 1 el sesamolie + extra voor erover
  • 1½ el gembersiroop

Verwijder de 8 buitenste bladeren van de kool en houd ze apart. Snijd de rest van de kool in repen van ± 2 cm. breed. Bestrooi de repen kool met 2 tl zout en laat ze ± 2 uur met een gewicht erop in een zeef uitlekken. Dep de koolrepen droog en meng de winterwortel, gemberwortel, knoflook en gedroogde peper erdoor. Roer voor de dressing de rijstazijn, sesamolie en gembersiroop door elkaar en schenk over het koolmengsel. Kneed het mengsel met de hand ± 1 min. goed door.

Leg de achtergehouden koolbladeren met de nerf naar boven op een plank. Snij met een scherp mes de nerf wat af. Blancheer het blad vervolgens in een grote pan met ruim kokend water ± 1 min en laat op een keukendoek goed uitlekken. Vul de bladeren met het koolmengsel. Rol de koolbladeren om de vulling. Druppel er voor het serveren nog wat sesamolie over en bestrooi met het sesamzaad. Erg lekker in een tomatensaus. Je kunt de rolletjes daarin ook goed verwarmen.

Fermenteren

Wist je dat je Chinese kool (en spitskool) ook heel goed kunt gebruiken om zuurkool te maken? Dat kan gewoon in een jampot. Je gebruikt hiervoor de droge methode.

Chinese kool
Chinese kool

Andijvie anders

Andijvie is een heerlijke bladgroente, mits je ‘m goed bereid. Gekookt of gestooft is het al gauw snotterig en smakeloos (menigeen heeft er nog jeugdtrauma’s van). Ik eet deze groente het liefst rauw of licht gegaard: als een licht-bittere toets door de salade of op het laatste moment meegewarmd in de een puree van (zoete) aardappel. Lekker met krokant gebakken tempeh of blokjes oude kaas!

het geheim om andijvie goed te bereiden

Wil je andijvie lekker bereiden, zorg dan voor een combinatie met iets ‘romigs’ en iets ‘hartigs’. Dit geldt trouwens voor alle bittere bladgroenten. Iets romigs is niet alleen letterlijk room of kaas maar kan ook een dressing zijn, eieren of een romige puree van (zoete) aardappel en pastinaak. Peulvruchten zijn ook een goede vriend! Voor de hartigheid gebruik je ingrediënten met veel ‘umami‘ zoals tomaat, champignon, sojasaus en miso. Een snelle ‘andijvie anders’ maak je dan zo:

Fastfood Andijvie
  • Snij de andijvie* in repen van 5 cm. Spoel grondig. Wok de andijvie kort in olijfolie met wat peper en zout. Laat uitlekken in een vergiet.*ipv andijvie kun je dit gerecht ook maken met paksoi of Chinese Kool.
  • Snijd 250 gr champignons in schijfjes. Bak champignons met 400 gr gekookte kikkererwten met 2el sojasaus, wat knoflookpoeder en balsamicoazijn in een hete pan tot ze mooi goudbruin kleuren. Roer zo weinig mogelijk. Schud liever af en toe de pan even op.
  • Voeg de andijvie en 400 ml (soja)room toe en laat even pruttelen totdat de room indikt.
  • Serveer met pasta of puree of eet het zo en dep de saus met brood.

Wil je verder dan de snelle hap? Ga dan voor taart! Gebruik bovenstaand recept of verwerk een rest van de vorig dag. ( ja, je kunt nitraatrijke groenten als spinazie en andijvie gerust nog eens opwarmen. Dit itt het advies van vroeger)

Andijvie Taart
  • Maak zelf een deegje of gebruik kant en klaar bladerdeeg.
  • Meng bovenstaand mengsel met 2 eieren of 150 gram stevige tofu en een el mais zetmeel (of maizena)
  • Voeg eventueel wat gedroogde tomaten en zwarte olijven in stukjes toe.
  • Bedek een quiche vorm met het (blader)deeg. Stort de vulling erin.
  • Bak in voorverwarmde oven op 200 C, in ongeveer 20-25 minuten gaar

Met inspiratie van Leentje Kookt!

Ontvang de recepten met seizoensgroenten automatisch in je mailbox: Meld je aan voor de nieuwsbrief.

Fermenteer de Lente

Groene blaadjes

Hûh, fermenteren is toch iets voor het najaar of winter? Met grote witte kolen, scherpe messen en borrelende zuurkoolvaten? Bedoeld om zeelui te behouden voor scheurbuik op hun lange reis? Nou is dat laatste natuurlijk allang achterhaald. Inmiddels weten we dat je veel meer kunt met fermenteren. Elk seizoen heeft zo zijn eigen specifieke kenmerken voor wat betreft beschikbare groenten. In het voorjaar zijn dat frisse maar ook kwetsbare groene bladgroenten. Maar ook veel wilde kruiden zoals brandnetel, zevenblad, paardebloem en ontluikende eetbare blaadjes van bomen als berk, linde en beuk. Door deze te fermenteren kun je er langer van genieten en creeër je unieke smaaksensaties.

Transformatie

Fermenteren is eigenlijk heel simpel en tegelijkertijd complex en magisch! Onder invloed van bacteriën, gisten of schimmels transformeert het voedsel tot een nieuw product dat langer houdbaar, beter verteerbaar en voedzamer is. Bij groenten zijn het de melkzuurbacteriën die ervoor zorgen dat de aanwezige suikers omgezet worden in melkzuur. Dit zorgt er niet alleen voor dat de groenten zuur en lang houdbaar worden, er vinden allerlei veranderingen plaats in textuur, kleur, geur en smaak. Bovendien ontstaan er nieuwe voedingstoffen zoals vitamine C en helpen de actieve bacteriën (probiotica) onze darmen aan goede en gevarieerde flora. Geen wonder dat fermenteren juist nu weer zo populair is!

Aan ons de taak om deze melkzuurbacterieën aan het werk te zetten.
En een omgeving te creëren waarin ze kunnen floreren.
Dit doe je door kraakverse (liefst biologische) groenten te mengen met de juiste hoeveelheid ongeraffineerd zeezout (2%), vocht (afkomstig van de groenten zelf als je deze gaat kneuzen of pekelwater toe te voegen), contact met zuurstof te vermijden, temperatuur van 18-21 C en voldoende tijd om de melkzuurbacteriën hun werk te laten doen.

Benodigdheden

Veel is er niet voor nodig om thuis te fermenteren: een glazen (weck)pot volstaat en een afdekking om de groenten onder het vocht te houden (om contact met zuurstof te voorkomen) Dat kan simpelweg een groenteblad zijn of een bakpapiertje met een gewicht erop, of een plastic diepvrieszakje met water. Het is niet nodig de pot af te sluiten en zelfs niet wenselijk: naast zuur ontstaat er namelijk ook koolzuurgas. Draai de schroefdop er dus slechts losjes op zodat het koolzuur kan ontsnappen en zorg voor voldoende ruimte in de pot (vul de pot tot een paar cm onder de rand). Zet de pot ook in een schaaltje om eventueel vocht op te vangen. Laat het proces vervolgens ongestoord z’n gang gaan en open de pot pas na een of twee weken.

Lentegroente:
Andijvie, Asperges, Bloemkool, Doperwt, Groene selder, Koolrabi, Kropsla, Prei, Raap, Raapstelen, Radijs, Spinazie, Spitskool, Uien, Warmoes, Wortelen


Er zijn kortweg 2 methodes om te fermenteren: de droge en natte methode. Bij de eerste gebruik je het vocht dat ontstaat door de groenten te kneuzen met zout. Bij de tweede dompel je de groenten onder in pekelwater. De laatste is meer geschikt als je de groenten in grotere stukken wilt fermenteren.

GEFERMENTEERDE LENTEPESTO – droge methode

Voor een pot van 1 l
• 600 g zachte verse bladgroenten (of kruiden) naar keuze: raapsteel, spinazie, sla, melde, paksoi, zevenblad, andijvie, radijsloof, mosterdblad
• 200 g sjalotjes • 80 g knoflook• 20 g zout• 2 el edelgistvlokken• 1 tl citroenzeste (optioneel)

Hak de groenten, sjalotjes en knoflook fijn. Doe kruiden, knoflook, zout, edelgistvlokken en citroenzeste in een kom en kneed met je handen tot goed door elkaar tot het vocht eruit komt. Knijp de groenten uit en druk goed aan in een glazen pot. Dek af met een groot blad (bv van de paksoi of blaadje bakpapier en gebruik een diepvrieszakje gevuld met pekelwater (2% zout) als gewicht. (Dit gewicht past zich het best aan de textuur van je ferment aan en is dus erg geschikt voor pasta’s, pesto’s en salsa’s. Zo heb je minder kans op drijvende stukjes. Mocht onverhoopt het zakje toch scheuren, dan zorgt het pekelwater ervoor dat je ferment niet bederft) Laat een week tot twee weken fermenteren en zet dan in de koelkast.

GOUDEN BLOEMKOOLPICKLES – natte methode

Voor een pot van 1 l
400 g bloemkool in roosjes• 1 tl kurkuma (of twee schijfjes verse kurkumawortel)• 1 el kerriepoeder• 3 schijfjes verse gember• 1 el donker mosterdzaad• 2 blaadjes laurier• 2 limoenblaadjes• 1 stengel citroengras• 0,5 l basispekel (5%)• bloemkoolblad

Spoel de bloemkoolroosjes met ijskoud water en doe ze in de pot. Voeg de specerijen toe. Overgiet met de pekel. Dek af met een bloemkoolblad en een gewicht. Sluit de pot losjes af en zet hem in een schaaltje. Laat drie weken fermenteren. Zet daarna in de koelkast. Minstens een jaar te bewaren

Te spannend?

Deze recepten zijn afkomstig uit de Velt workshop: Fermenteer het seizoen. Vind je het toch te spannend om zelf te experimenteren met fermenteren? Bekijk dan online de Keukenpraatjes van Velt en download de fermentatiewijzer.

groentefermentatie
groentefermentatie: bloemkool, lentepesto, rode kool

Schorseneren

Schorseneren: de vergeten groenten bij uitstek. Schorseneren zijn er van november tot april, dus dit is je kans! Bewaar ze op een koele (12 tot 15° Celsius) en droge plaats (dus niet in de koelkast). In deze omstandigheden kun je de wortels een paar weken bewaren. Om uitdrogen te voorkomen doe je ze liefst in een geperforeerde plastic zak. Gekookte en geschilde schorseneren (rauwe exemplaren eerst ca. 5 minuten blancheren) kun je tot 12 maanden in de diepvries bewaren op voorwaarde dat je ze in goed gesloten plastic zak of bak stopt. Zo heb je er later ook nog plezier van.

Sigaren?

Ik heb er al naar uitgekeken ondanks het niet al te aantrekkelijk uiterlijk (het lijken wel sigaren!) en benamingen als ‘keukenmeiden verdriet‘. Dat laatste slaat op het kennelijk lastige karwei om de schorseneren schoon te maken. Is al die ophef terecht? Het schoonmaken vind ik nogal meevallen: ik schil ze gewoon met grond en al er nog aan met de dunschiller, spoel ze direct af en leg de stukjes onder water. Maar ja, ik hoef er maar een paar te schillen. Er komt inderdaad wat plakkerig sap uit. Gewoon handschoenen aan als je het te erg vind.

Ik hou het maar bij de andere bijnaam, namelijk asperge van de armen

Schorseneren lijken op asperges, je kunt ook dezelfde recepten aanhouden. Ik snij de schorseneren in stukjes van ong. 3 cm en zet ze helemaal onder water. Een scheutje melk of of citroensap erbij zodat ze mooi wit blijven. Ik kook ze ongeveer 15 minuten totdat ze zacht zijn en serveer ze simpel met een boter/peterselie saus, gekookte aardappels en een zacht gekookt ei. Smaakt heel goed. Wat steviger en niet zo verfijnd van smaak als asperges maar helemaal niet slecht.

groentekoekje

Schorseneren rösti

Rösti is eigenlijk een groenten koekje, makkelijk en leuk om te maken. Zo lusten je kinderen ook schorseneren.
Gang Bijgerecht
Porties 2

Equipment

  • 1 rasp of keukenmachine
  • 1 dunschiller (of aspergeschiller)

Ingrediënten
  

  • 500 gram schorseneren
  • 50 gram boter
  • 1 teentje fijn gehakte knoflook optioneel
  • 1 kleine chilipeper fijn gehakt
  • 3 eetlepels fijn gehakte koriander
  • 2 ei geklopt
  • 2 eetlepels bloem
  • zout en peper
  • 2 eetlepels olijfolie

Instructies
 

  • Schil de schorseneren en rasp ze grof.
  • Zet een koekenpan op het vuur en doe 25 gram boter in de pan. Stoof de geraspte schorseneren in ongeveer 10 minuten gaar.
  • Meng in een kom de knoflook, koriander, zout en peper, 2 eieren en de bloem. Schep hier nu de gestoofde schorseneren door zodat de kruiden en schorseneren goed gemengd zijn.
  • Maak 6 platte stevige rösti.
  • Verwarm de koekenpan en smelt de olie met de boter. Pak een spatel en schep daarmee voorzichtig de rösti in de pan. Bak de rösti aan beide kanten 4 minuten totdat ze mooi goudbruin zijn. Eet smakelijk!
Trefwoord seizoensgroenten, winter
schorseneren