Salade schuitje

Witlof salade is hier een favoriet bij- of hoofdgerecht. Serveer de salade in het schuitje en je hebt ineens een mooi ‘fingerfood’hapje bij de borrel of een feestelijk entree.

Snijd het kontje van de stronk en haal de blaadjes voorzichtig los. We gebruiken alleen de mooiste grote blaadjes. De te kleine blaadjes kun je heel fijn snijden en door de salade mengen. Om te voorkomen dat de witlof verkleurt, bestrijk je deze eerst met citrussap. Nu kun je de schuitjes vullen met een mengsel naar keuze:

Klassiek

Een klassieke witlof salade maak je met (sinaas)appel of mandarijn (eerst even ontvliezen), walnoot en blauwe kaas. Serveer op een bedje van veldsla of winterpostelein en maak af met een dressing van sinaasappel/gember (gebruik sinaasappelsap ipv azijn) of yoghurt/mayo. Zorg voor een mooie balans van kleur en smaak.

Tonijn of ei-salade

Meng de tonijn of (hardgekookt) ei met yoghurt / mayonaise en maak op smaak. Voeg bij de eiersalade wat kerrie toe voor het kleureffect. Maak mooie bolletjes van de salade met 2 theelepels en vul de bootjes ermee. Garneer met groene kruiden en kappertjes.

Rood

Een mooi kleureffect krijg je door de witlof schuitjes te vullen met een bieten- of rode koolsalade.

salade in een schuitje

Mag ik het recept?

Tuurlijk mag dat, altijd, maarre welke? Degene die me een beetje kent, weet dat ik me nooit aan recepten hou. –impro is my middle name 🙂 Dat is leuk want zo ontstaat er nog eens wat. Zelf vind ik het heel fijn om te kunnen werken met wat er voor handen is . En eerlijk is eerlijk, vaak heb ik ook geen zin om net voor dat ene ‘missing ingredient’ op mijn fiets te stappen en door weer en wind naar de winkel te gaan.

Zorg in ieder geval dat je deze spullen in huis hebt, dan kom je al een heel eind.

Maar ja, het kan dan nog weleens lastig zijn om precies terug te halen hoe ik iets gemaakt heb. En er is niet altijd een reden voor waarom er precies dat kruidje inzit, behalve dat het me wel ‘geinig’ leek of ik iets anders moet vervangen. Het wil nog weleens helpen om terug te grijpen op het oorspronkelijk recept. Zeker bij het bakken van taarten of brood moet je namelijk wel weten wat je doet. Dit recept komt van Ottolenghi. Ik heb m eerder al gepost, namelijk hier. Vandaag maakte ik een variant met banaan en kokosvet. Zie recept onderaan.

Wortel-pompoencake van Ottolenghi

Oven voorverwarmen op 175C, bakvorm invetten of bekleden

  • Splits 3 eieren: roer de eierdooiers los met een vork, klop de eiwitten stijf met een snufje zout. (1 ei kun je vervangen door 1 el gebroken lijnzaad te laten wellen met een beetje water);
  • Klop 200 ml zonnebloemolie met 200 gram oerzoet (of kristalsuiker) 1 minuut met de mixer, voeg er al kloppend de eidooiers aan toe;
  • Meng met 135 gr grof geraspte wortel of pompoen (of een mengsel); 100 gr gehakte (wal)noten (of 50 gr. noten en 50 gr kokos) en 160 gr gezeefde bloem met 1 tl bakpoeder, 1 tl koekruiden en 1/2 tl verse geraspte gember (evt wat citroensap)
  • Spatel voorzichtig het eitwitschuim door het beslag, niet te lang, het is niet erg als er nog schuim zichtbaar is;
  • Giet het beslag in de vorm en bak in ongeveer 1 uur gaar. Laat in de vorm afkoelen.

Pompoencake – keetmee variant

Oven voorverwarmen op 175C, bakvorm invetten of bekleden

  • Ik gebruik 1 ei en 1 overrijpe banaan die nodig op moet ( 1/2 banaan vervangt 1 ei) en klopt dit los met 180 gr suiker (iets minder dan recept want banaan is al zoet) en 200 ml gesmolten kokosvet (niet genoeg olie in huis)
  • Ik schep hier 150 gr geraspte pompoen door (rest van de pompoen eet ik bij de avondmaaltijd, lekker met geroosterde spruiten!), 160 gr gezeefde bloem, snuf zout, koekkruiden naar smaak en lekker veel gemberpoeder (eetlepel?). Noten ben ik vergeten.
  • In plaats van bakpoeder gebruik ik 1 tl baksoda en 2 el yoghurt. (je hebt een zuur nodig voor de werking, wijnsteenzuur of citroenzuur kan ook)
  • Dat ene eiwit heb ik niet apart stijfgeklopt dus deze stap overgeslagen
  • Ik giet het beslag in een lage ‘brownie’ vorm en bak in 1 uur gaar op 175 C

De cake is behoorlijk vettig als ik m uit de oven haal en een stukje proef. Het lijkt alsof het niet gaar is. Dat komt door het kokosvet. Na afkoelen is de consistentie prima en geeft juist dat kokosvet een bijzondere smaak.

Ik hoor graag hoe jij het maakt.

Vegetarische pate

Ah pate, klassiek Frans vleesgerecht bij uitstek. Oorspronkelijk een mengsel met lever om deze langer te kunnen bewaren. Gemalen vlees en vet met kruiden, room en wijn of calvados in een met vetspekplakjes beklede vorm lang en op lage temperatuur gegaard. Is er nog iemand die het zelf maakt? Kan het ook anders? Kan het ook vega? Yes, it can and yes, you can make it! Lekker op een toastje met een goed glas wijn erbij. Tijdens feestjes en feestdagen vind je deze lekkernij vaak op tafel.

In Frankrijk at ik pate voor het eerst als voorgerecht. Mijn hemel, een hele plak en toen moest het diner nog beginnen! Toen we na een paar happen over wilden gaan naar het hoofdgerecht – het kon toch niet de bedoeling zijn dat we alles opaten?- kwam de chef op hoge poten uit de keuken om te vragen wat er mis wat met zijn pate. Niks, het was heerlijk. En enigszins bedremmeld aten we de bordjes alsnog leeg. Deze vega variant is een stuk minder ‘bezwaarlijk’ dan de klassieke Franse variant. Maar minstens zo lekker.

Het recept trof ik in het boek ‘Groenten fermenteren’ van Velt. De pate wordt namelijk gemaakt met zuurkool. Zelf voegde ik er wat gedroogde en geweekte shi itake aan toe, daarmee krijg je een meer vlezige smaak en struktuur. Raak niet geïntimideerd door de lange lijst ingrediënten -het zijn voornamelijk kruiden- of de lange bereidingstijd – dat is vooral in de oven. Ik maakte mijn pate in een lage vuurvaste schaal (cocotte) met deksel, hierdoor droogt de pate niet uit. Mocht je dat niet hebben dan kun je ook een gewone ovenschaal gebruiken (of een cakeblik). Laat de pate goed afkoelen voor je ‘m eet, liefst met een gewicht erop, dan kruimelt het minder als je ‘m aansnijdt. Let op, dit recept is voor 1 kilo. Dat is een voorgerecht of eiwitcomponent bij de hoofdmaaltijd voor 8-10 personen!

Zuurkool pate – goed voor 1 kg

50 gr gedroogde shiitake (of andere paddenstoelen) en 100 gr oud brood overgieten met 350 gr heet water en minstens een half uur laten wellen. Oven voorverwarmen op 125 C

  • 180 gr zonnebloempitten, 20 gr. krokante uitjes, 1 el edelgistvlokken, paar jeneverbessen, paar kruidnagels, snuf nootmuskaat, 0,5 tl (gerookte) paprikapoeder, 0,5 el gemberpoeder, 5 gr. zeezout en een tl Provençaalse kruiden. Alles mengen en (grof) malen.
  • de gewelde shiitake met brood ook malen
  • 250 gr stevige tofu verkruimelen
  • Meng en kneed het zonnebloempitmengsel, de tofu, shiitake en brood mengsel met 150 gram gesneden zuurkool, 40 gram zachte boter, 1 ei en 200 gram zuurkoolsap (of bouillon) tot een smeuïge massa. (in het oorspronkelijke recept gaat er nog 100 gr olie bij maar ik heb het zonder problemen weggelaten)

Vet een vuurvaste pot in met wat olie en doe het patemengels erin, strijk de bovenkant glad en garneer eventueel met wat laurier of salieblaadjes. Bak in de warme oven (125 C) gedurende 3,5 uur. Het mengsel kan nog wat zacht zijn na het bakken. Laat het rustig afkoelen, eventueel met een gewicht erop (een plankje of bordje met een pak meel of zo) De volgende dag is het echt stevig en kun je het in plakken snijden. Serveer op een toastje of als voorgerecht met bv veldsla en cranberry saus als garnituur.

Ok, vind je bovenstaande pate toch nog wel erg bewerkelijk? Dan heb ik hier nog een supersimpel recept die bovendien ook nog eens vegan is (en niet eindeloos in de oven hoeft) Is het wel pate? Kweenie, maar wel lekker. Door de dadel zit het ‘zoetje’ er zelfs ook al in.

superSnelle pate met walnoten en een zoetje

1 groot blik linzen (uitlekgewicht 265 gram) afgespoeld en uitgelekt * 120 gram walnoten grof gehakt * 2 sjalotjes gesnipperd * 2 teentjes knoflook fijngehakt * 2 el citroensap * 2 à 3 el water * 2 snuffen zout * 2 medjoul dadels ontpit en in stukjes * versgemalen zwarte peper.

Mik alles in de keukenmachine en maal zo grof en fijn als je lekker vind.

Bon appétit!

Hou dit blog in de gaten voor meer feestgerechten deze maand….

Smaakpark

Geweldig. Waar vind je een restaurant met een eigen picklebar? Eentje waar je zelf allerlei gefermenteerde groenten en sauzen kunt opscheppen en proeven? Bij het Smaakpark in Ede kan dat. Geen wonder want het Smaakpark is een initiatief van fermentatie expert Christian Weij, bekend van het boek :

‘Verrot lekker’

Zuurdesem schatje

Door Christian ben ik verleden jaar (weer) aan het zuurdesembrood bakken geslagen – weet je nog, aan het begin van de pandemie. Toen we ineens allemaal gezonde dingen gingen doen? – Niet alleen deelde Christian how-to filmpjes op youtube. Hij deelde ook zijn zuurdesem starter, door hem liefkozend ‘schatje’ genoemd. Tot mijn eigen verbazing lukte het nu wel om een geweldig zuurdesem brood te bakken. Het desem’schatje’ is inmiddels overleden, sorry Chris, maar bakken doe ik nog steeds. Bovendien stond het afgelopen jaar volop in het teken van groente-, en graanfermentatie. Geen wonder dat ik erg benieuwd was naar de plek waar Christian zijn culinaire experimenten uitleeft.

Foodstands

Bij binnenkomst bij het SmaakPark valt direct de enorme tafel met kookboeken op. Heerlijk, alle favorieten (en meer) staan erbij. Bij de bar bestellen we een drankje (waterkefir!) en kopen een strippenkaart. In het restaurant ofwel de eetzaal in het smaakpark staan 8 verschillende foodstands met elk een eigen thema. Je kunt dus zelf je menu samenstellen met de verschillende ‘hapjes’, hoewel hap meer op z’n plaats is. (4 per persoon was echt wel veel). Naast de picklebar ook streekgerechten, fastfood, ‘wereldgerechten, vega/vegan etc. Jammer dat er geen uitleg op tafel stond, nu was het een beetje zoeken wat er beschikbaar was.

Gerookte wortel en panna cotta van knolselderij

We proefden gerookte wortel (hot dog!), gefermenteerde frietjes, gestoofde spruitjes met Remeker kaas en voor de vegetariërs veel paddenstoelen op allerlei manieren klaargemaakt. Mijn favoriete gerecht was de panna cotta van knolselderij met een kruimel van gezoete dennenappel (door de collega’s zelf uit het bos gevist en 6 maanden gefermenteerd, aldus een van de koks). Kijk dat zijn de grappige dingen die je elders nooit op je bord krijgt, behalve bij De Nieuwe Winkel dan. Ik miste gefermenteerde granen en peulvruchten. Tempeh van lokale peulvruchten of de zwamboon uit Apeldoorn zou een leuke aanvulling zijn. Al met al een leuke smaakbeleving en de moeite waard om regelmatig heen te gaan.

Foodlab

Het Smaakpark is niet alleen een restaurant (eetzaal), kookschool, voedselpark (in wording) maar vooral ook een foodlab. Een plek om nieuwe producten en smaken te ontdekken en te creëren met gelijkgestemde chefs, technologen, kunstenaars, plukker, telers, filosofen, gezondheidscoaches en therapeuten. Iedereen die de toekomst een beetje beter wil maken is welkom. Heb je duurzame ideeën die je wilt uitproberen, of heb je een werk- of tuinruimte, een coach, of een sparringpartner nodig, dan kun je ook in het foodlab komen ‘spelen’.

SmaakPark: Waar ecologie belangrijker is dan economie

Vegetarische snert

‘Vegetarische snert bestaat niet’, zal menig vleesliefhebber roepen. En dat klopt. Traditioneel maak je snert met varkensvlees: een poot, karbonades en rookworst. Snert zou komen van het werkwoord ‘snerten’ dat mousse danwel soep-maken-van-vlees  of pruttelen-in-een-pan betekent.

Vegetarische erwtensoep dan, ook goed en beter zelfs want zonder negatieve bijklank. Gooi er voldoende groenten in en je kunt prima zonder (nep) vlees. Erwtensoep is heel gezond, heel duurzaam en goedkoop. Je gebruikt (goedkope) seizoensgroenten die in Nederland groeien met een hoogwaardig eiwitgehalte. Vanwege de langzame koolhydraten duurt het lang voor je weer honger hebt en eet je niet teveel. Bovendien is het lekker en makkelijk te maken. Daar heb je echt geen pakjes voor nodig alleen wat tijd. Maak dus liefst gelijk een grote pan.

vegetarische erwtensoep

Gebruik 500 gr spliterwten op 2 ltr bouillon. Dat is genoeg voor ong. 8 personen. Je hoeft de spliterwten niet vooraf te weken, wel afspoelen met koud water. Als groenten gebruik je in ieder geval; winterpenen, ui, prei (van elk 2) en een halve knolselderij (1/2), bladselderij. Andere wintergroenten als pastinaak, venkel en peterselie wortel zijn er ook erg lekker in, gebruik dan iets minder van de knolselderij of peen. Als kruiden gebruik je tijm, peperkorrels en laurierblaadjes

Was en schil de groenten. Van de schillen en de kruiden kun je zelf een groentenbouillon maken.

  • Zet de spliterwten op met de groentenbouillon. Deze bouillon kun je zelf maken of gebruik bouillon blokjes. Laat de spliterwten zachtjes gaar koken tot ze uit elkaar vallen (kan 2 – 2 ½ uur duren)
  • Snij de groenten in blokjes of ringetjes. Neem een ruime soeppan en verhit hierin wat boter of olie. Roerbak de groenten van hard naar zacht (dus eerst de knolselderij en wortel en dan pas de prei) Voeg de volgende groenten pas toe als de eerste bijna gaar is. -Door de groenten te roerbakken, vallen ze niet in de soep uit elkaar-
  • Als laatste hak je de bladselderij, voeg deze toe aan de groenten met de gaargekookte spliterwten. Laat alles nog even goed doorkoken en maak op smaak met peper en zout.

Tip 1: De soep is al heerlijk van zich zelf. Mis je toch de rookworst? Voeg dan wat geroerbakte blokjes pastinaak met tamari (sojasaus) en een snufje rookpaprika toe. Of eet roggebrood erbij met plakjes rooktofu – of rookkaas.

Tip 2: Soep van peulvruchten (ook vegetarische) kan snel bederven, zeker als je een grote pan maakt. Zorg ervoor dat je de soep na bereiding snel afkoelt. Dat gaat het beste als je deze in kleinere porties verdeelt

Winter postelein

De naam winter postelein suggereert dat er ook zomer postelein is. Dat klopt maar dat noemen we vaak gewoon postelein. Behalve het oogstseizoen zijn er wel meer verschillen. De winter postelein heeft een fijn steeltje en een mooie ruitvormig blaadje en eet je het liefst rauw als salade of in stamppot (met zure room en mierikswortel). Gek genoeg is de zomer postelein wat grover en taaier van structuur en vooral geschikt om gekookt te eten. Het slinkt als spinazie en heeft een friszure smaak.

Als je de winterpostelein eenmaal kent, kom je ‘m overal tegen, gewoon langs de straat of in de berm! Het is eigenlijk meer kruid dan een groenten. In de moestuin is het een geliefd wintergewas omdat het een van de weinige ‘slasoorten’ is en een welkome afwisseling met kolen en knollen.

Postelein is heel rijk aan vitamine C, ijzer en is een van de beste plantaardige bronnen van omega 3 vetzuren (dat laatste vind je voornamelijk in vis en helpt om je hart gezond te houden). Heel gezond dus. Postelein bevat het ook oxaalzuur (dat merk je aan stroeve tanden, net als bij rabarber). Dit onttrekt kalk aan het skelet dus je moet het niet te vaak eten.

postelein met bloem

Winter postelein heeft nog iets grappigs. Als het bloeit dan groeit het witte bloemetje op het blad. Je kunt het ook met bloem prima eten en het steeltje erbij. In een salade of stamppotje dus, maar als smoothie ook niet te versmaden:

Smoothie van winterpostelein, appel en honing
  • 50 gram gewassen blaadjes van winterpostelein
  • 1 fris zure appel
  • honing naar smaak
  • melk, appelsap of  yoghurt naar smaak

Doe alle ingrediënten in de blender en meng het tot een gladde smoothie. Je kunt uiteraard variëren met de ingrediënten naar je eigen smaak, zolang het hoofdonderdeel de winterpostelein is. Superpowerrrrr!

Nou, vooruit dan ook nog een salade recept:

Wintersalade

met winterpostelein, pastinaak, pompoenpitten(olie) en sinaasappeldressing.

  • rooster de pompoenpitten in een droge koekenpan en zet deze apart;
  • rasp de schil van een sinaasappel en snij de schil dik weg zodat je alleen nog een oranje buitenkant hebt. Snij partjes van de rest van de sinaasappel en vang het sap op (knijp ook de schil uit) en gebruik dit  voor de dressing; –kijk hier hoe je de sinaasappel snijdt.-
  • maak een dressing van: pompoenpitolie, sinaasappel/ citroensap, appeldiksap, mosterd, peper/zout
  • schil de pastinaak en snij deze in blokjes van ong. 1 cm; roerbak de stukjes in een beetje olijfolie totdat ze bruin en zacht zijn (ong. 10 min.); meng met de dressing en laat een beetje afkoelen
  • was en droog de winterpostelein, drapeer in een schaal en schep de pastinaakblokjes erop en garneer met de sinaasappelpartjes en pompoenpitten

Groenlof

‘De smaak van groenlof ligt ergens tussen die van witlof en andijvie.’ NOT! Deze groenlof uit de tuin van de Overkant is echt wel veel heftiger en lijkt op radicchio ofwel roodlof. Beide zijn nog old-school groenten en relatief onbekend zodat de bittere smaak nog niet eruit is gekweekt, aldus tuinder Sander.

Suikerbrood

Groenlof wordt ook wel suikerij of suikerbrood (sugar-loaf of pain du sucre) genoemd, en dat heeft vooral met de vorm te maken. De in elkaar gedraaide bladeren vormen een ‘kegel’. Suiker werd vroeger in kegelvorm verkocht, dat noemde men suikerbrood. Of is suikerij een verbastering van chicorei, de familienaam van de groente? – Op de site van MergenMertz lees je meer over de historie van Groenlof of suikerij. Onder andere dat in Deventer gevonden zaden erop wijzen dat het gewas in de elfde of twaalfde eeuw al in Nederland werd verbouwd.-

Bereiding

Haal de buitenste stugge bladeren van de kegel en je houdt een malse kern over. Vind je een ouderwets bittertje lekker, eet dan de groenlof lekker rauw in salade of in een stamppot. Door stoven of smoren verlies je iets van de bitterheid. Net als een combinatie met iets ‘romigs’ en iets ‘hartigs’. Iets romigs is niet alleen letterlijk room of kaas maar kan ook een dressing zijn, eieren of een romige puree van (zoete) aardappel en pastinaak. Peulvruchten zijn ook een goede vriend! Voor de hartigheid gebruik je ingrediënten met veel ‘umami‘ zoals tomaat, champignon, sojasaus en miso. Kijk bij het blog over andijvie-anders voor het geheim van bittere bladgroenten bereiden. De andijvie recepten kun je ook voor groenlof gebruiken. Ik maakte deze groenlof plaattaart van Aan tafel bij Anna.

Groenlof plaattaart met zoete aardappel
  • Maak een puree van gekookte zoete aardappel en breng op smaak met chilivlokken en zout
  • Verwarm oven voor op 200C
  • Rol kant en klaar bladerdeeg uit op een met bakpapier beklede bakplaat (of maak zelf een deegje)
  • Bestrooi het deeg met een dun laagje rode linzen (dit zorgt ervoor dat het deeg niet te nat word) en verdeel de aardappelpuree eroverheen
  • Snij de groenlof in dunne repen en verdeel over de puree totdat deze helemaal bedekt is
  • ‘Beleg’ vervolgens met plakjes kastanje champignon of shii-take en tenslotte gorgonzola
  • Bak in het midden van de oven in 25 minuten gaar en goudbruin.

Groene tomaten

De kans dat je tomaten nu nog aan de plant rijpen is vrij klein, eerder zullen ze gaan schimmelen of rotten. Wil je nog iets van je oogst veilig stellen, haal dan de nog groene tomaten van de plant.

Als de tomaten al een beetje een blosje hebben, kun je proberen ze binnen te laten rijpen. Zoek daarvoor de meest gave exemplaren uit, verwijder het kroontje en zorg dat de tomaten goed droog zijn. Stop ze nu in een plastic of papieren zak met een rijpe banaan. Het ethyleen dat de banaan afscheidt, helpt om de tomaten te rijpen. Kan zo’n 3-4 dagen duren.

Zijn de tomaten nog te groen dan kun je ze bakken (Fried Green Tomatoes bestaan echt!) of er chutney van maken. Ik kies voor het laatste. Dit recept is gebaseerd op 2 grote tomaten, 1 rode ui en 1 appel en komt uit de Dikke Vegetariër van Mark Bittman.

  • Vijzel 2 tl mosterdzaad, 1 tl korianderzaad, 3 gedroogde chilipepers, 1 tl garam masala en 5 hele kruidnagels fijn; smelt 3 el boter in een grote gietijzeren koekenpan en fruit de kruiden totdat ze gaan geuren
  • Voeg de fijngesneden rode ui toe en bak mee totdat ze zacht worden, voeg wat zout toe
  • Snij ondertussen de groene tomaten en appel in kleine blokjes en voeg toe aan de pan, blijf roeren. Voeg eventueel wat water toe. {Volgens Mark hoeft het maar iets van 5 minuten te pruttelen maar ik heb het zeker een half uur (langer mag ook) op het vuur gehad.}
  • Blijf goed roeren totdat alle stukjes zacht zijn. Proef nu en voeg zout, kaneel, appeldiksap en evt wat suiker (als het te pittig is) toe totdat je een lekkere, pittige saus hebt.
  • Je kunt de chutney direct eten en het is ong. 3 dagen houdbaar in de koelkast. Je kunt ook de gloeiendhete chutney in schoongemaakte jampotten doen (uitkoken of in de vaatwasser zonder zeep). Laat de potten ondersteboven afkoelen. Zo zijn ze heel lang houdbaar.

Chutneys zijn heerlijk als smaakmaker, bijvoorbeeld bij vegetarische stampotten.

Senegalese pindasoep

Met veel plezier oogstte ik voor het eerst mijn eigen zoete aardappel bij zelfoogsttuin de Overkant! Ik maakte er een van mijn favoriete gerechten van: Senegalese pindasoep met boerenkool en pindakaas! Nooit geweten dat ze in Senegal ook boerenkool eten. Maar het staat er toch echt in de Dikke Vegetariër van Marc Bittman- dé vegetarische kookbijbel – waar dit gerecht vandaan komt.

Senegalese pindasoep met zoete aardappel en boerenkool
  • Verhit olie in een pan met dikke bodem en fruit daarin: een in ringen gesneden rode ui, 1 el fijngeraspte gember en 2 flinke tenen knoflook
  • voeg 2 flinke in stukjes gesneden zoete aardappel (yam of bataat)* toe en bak even mee; blus af met ong 1 1/2 liter groentebouillon en laat even sudderen totdat de aardappels zacht zijn; {wil je er een echte maaltijdsoep van maken, voeg dan een flinke schep bulgur (of ander graan) aan toe. > let wel even op de kooktijden of gebruik anders een al gekookte variant}
  • roer er tomaten (uit blik); gewassen en in repen gesneden boerenkool* en pindakaas met stukjes noot doorheen. -Volgens recept 250 gr. boerenkool en 65 gr pindakaas, maar dit is iets waarmee je natuurlijk zelf kunt variëren.-
  • Laat nog eens zeker 10 minuten pruttelen totdat de boerenkool zacht is;
  • Nu proeven en kruiden: zout/ (cayenne) peper, chilipoeder. Lekker is ook wat kaneel erdoor en gemberstroop.
  • Garneer met wat geroosterde pinda’s

* in plaats van zoete aardappel kun je pompoen gebruiken en ipv boerenkool palmkool

(M)YAM!

Bleekselderij

De meeste mensen kennen bleekselderij wel als toevoeging in salades, sauzen of soep. Of gebruiken de stengel om te dippen en als roerstokje in een cocktail . Er zit veel kalium en natrium in bleekselderij en dat geeft een hartige, zoute smaak aan een gerecht. Je kunt het dus heel goed gebruiken als een natuurlijke zoutvervanger. Selderij zout is een mix van zout met selderijzaad. Geeft net een ander accent aan je gerecht.

Als groente is de bleekselderij minder bekend, maar deze wokschotel is simpel en verrassend lekker als bijgerecht. Met gember, sesam en knoflook is het een klassieke combinatie met oosterse gerechten.

Gewokte bleekselderij met knoflook en sesam
  • Verwijder de onderkant van een bos bleekselderij en was de groente. Trek vanaf de onderkant eventuel draden eraf en snijd de stengels in stukjes. 
  • Pel een ui en knoflooktenen en snijd deze zo fijn mogelijk. Rasp een centimeter verse gember.

Verhit een wok op hoog vuur, verhit een scheut zonnebloemolie zodra de wok begint te roken. Bak hierin de fijngesneden ui, knoflook en gember en voeg daarna de stukken bleekselderij toe. Bak nog even door, de bleekselderij is het lekkerste als deze nog een beetje knapperig is. Breng op smaak met peper, zout, sesamolie, sojasaus en een snuf chilivlokken.

Serveer als bijgerecht en maak af met sesamzaadjes. Eet smakelijk!

bleekselderij