Smaakpark

Geweldig. Waar vind je een restaurant met een eigen picklebar? Eentje waar je zelf allerlei gefermenteerde groenten en sauzen kunt opscheppen en proeven? Bij het Smaakpark in Ede kan dat. Geen wonder want het Smaakpark is een initiatief van fermentatie expert Christian Weij, bekend van het boek :

‘Verrot lekker’

Zuurdesem schatje

Door Christian ben ik verleden jaar (weer) aan het zuurdesembrood bakken geslagen – weet je nog, aan het begin van de pandemie. Toen we ineens allemaal gezonde dingen gingen doen? – Niet alleen deelde Christian how-to filmpjes op youtube. Hij deelde ook zijn zuurdesem starter, door hem liefkozend ‘schatje’ genoemd. Tot mijn eigen verbazing lukte het nu wel om een geweldig zuurdesem brood te bakken. Het desem’schatje’ is inmiddels overleden, sorry Chris, maar bakken doe ik nog steeds. Bovendien stond het afgelopen jaar volop in het teken van groente-, en graanfermentatie. Geen wonder dat ik erg benieuwd was naar de plek waar Christian zijn culinaire experimenten uitleeft.

Foodstands

Bij binnenkomst bij het SmaakPark valt direct de enorme tafel met kookboeken op. Heerlijk, alle favorieten (en meer) staan erbij. Bij de bar bestellen we een drankje (waterkefir!) en kopen een strippenkaart. In het restaurant ofwel de eetzaal in het smaakpark staan 8 verschillende foodstands met elk een eigen thema. Je kunt dus zelf je menu samenstellen met de verschillende ‘hapjes’, hoewel hap meer op z’n plaats is. (4 per persoon was echt wel veel). Naast de picklebar ook streekgerechten, fastfood, ‘wereldgerechten, vega/vegan etc. Jammer dat er geen uitleg op tafel stond, nu was het een beetje zoeken wat er beschikbaar was.

Gerookte wortel en panna cotta van knolselderij

We proefden gerookte wortel (hot dog!), gefermenteerde frietjes, gestoofde spruitjes met Remeker kaas en voor de vegetariërs veel paddenstoelen op allerlei manieren klaargemaakt. Mijn favoriete gerecht was de panna cotta van knolselderij met een kruimel van gezoete dennenappel (door de collega’s zelf uit het bos gevist en 6 maanden gefermenteerd, aldus een van de koks). Kijk dat zijn de grappige dingen die je elders nooit op je bord krijgt, behalve bij De Nieuwe Winkel dan. Ik miste gefermenteerde granen en peulvruchten. Tempeh van lokale peulvruchten of de zwamboon uit Apeldoorn zou een leuke aanvulling zijn. Al met al een leuke smaakbeleving en de moeite waard om regelmatig heen te gaan.

Foodlab

Het Smaakpark is niet alleen een restaurant (eetzaal), kookschool, voedselpark (in wording) maar vooral ook een foodlab. Een plek om nieuwe producten en smaken te ontdekken en te creëren met gelijkgestemde chefs, technologen, kunstenaars, plukker, telers, filosofen, gezondheidscoaches en therapeuten. Iedereen die de toekomst een beetje beter wil maken is welkom. Heb je duurzame ideeën die je wilt uitproberen, of heb je een werk- of tuinruimte, een coach, of een sparringpartner nodig, dan kun je ook in het foodlab komen ‘spelen’.

SmaakPark: Waar ecologie belangrijker is dan economie

Vegetarische snert

‘Vegetarische snert bestaat niet’, zal menig vleesliefhebber roepen. En dat klopt. Traditioneel maak je snert met varkensvlees: een poot, karbonades en rookworst. Snert zou komen van het werkwoord ‘snerten’ dat mousse danwel soep-maken-van-vlees  of pruttelen-in-een-pan betekent.

Vegetarische erwtensoep dan, ook goed en beter zelfs want zonder negatieve bijklank. Gooi er voldoende groenten in en je kunt prima zonder (nep) vlees. Erwtensoep is heel gezond, heel duurzaam en goedkoop. Je gebruikt (goedkope) seizoensgroenten die in Nederland groeien met een hoogwaardig eiwitgehalte. Vanwege de langzame koolhydraten duurt het lang voor je weer honger hebt en eet je niet teveel. Bovendien is het lekker en makkelijk te maken. Daar heb je echt geen pakjes voor nodig alleen wat tijd. Maak dus liefst gelijk een grote pan.

vegetarische erwtensoep

Gebruik 500 gr spliterwten op 2 ltr bouillon. Dat is genoeg voor ong. 8 personen. Je hoeft de spliterwten niet vooraf te weken, wel afspoelen met koud water. Als groenten gebruik je in ieder geval; winterpenen, ui, prei (van elk 2) en een halve knolselderij (1/2), bladselderij. Andere wintergroenten als pastinaak, venkel en peterselie wortel zijn er ook erg lekker in, gebruik dan iets minder van de knolselderij of peen. Als kruiden gebruik je tijm, peperkorrels en laurierblaadjes

Was en schil de groenten. Van de schillen en de kruiden kun je zelf een groentenbouillon maken.

  • Zet de spliterwten op met de groentenbouillon. Deze bouillon kun je zelf maken of gebruik bouillon blokjes. Laat de spliterwten zachtjes gaar koken tot ze uit elkaar vallen (kan 2 – 2 ½ uur duren)
  • Snij de groenten in blokjes of ringetjes. Neem een ruime soeppan en verhit hierin wat boter of olie. Roerbak de groenten van hard naar zacht (dus eerst de knolselderij en wortel en dan pas de prei) Voeg de volgende groenten pas toe als de eerste bijna gaar is. -Door de groenten te roerbakken, vallen ze niet in de soep uit elkaar-
  • Als laatste hak je de bladselderij, voeg deze toe aan de groenten met de gaargekookte spliterwten. Laat alles nog even goed doorkoken en maak op smaak met peper en zout.

Tip 1: De soep is al heerlijk van zich zelf. Mis je toch de rookworst? Voeg dan wat geroerbakte blokjes pastinaak met tamari (sojasaus) en een snufje rookpaprika toe. Of eet roggebrood erbij met plakjes rooktofu – of rookkaas.

Tip 2: Soep van peulvruchten (ook vegetarische) kan snel bederven, zeker als je een grote pan maakt. Zorg ervoor dat je de soep na bereiding snel afkoelt. Dat gaat het beste als je deze in kleinere porties verdeelt

Winter postelein

De naam winter postelein suggereert dat er ook zomer postelein is. Dat klopt maar dat noemen we vaak gewoon postelein. Behalve het oogstseizoen zijn er wel meer verschillen. De winter postelein heeft een fijn steeltje en een mooie ruitvormig blaadje en eet je het liefst rauw als salade of in stamppot (met zure room en mierikswortel). Gek genoeg is de zomer postelein wat grover en taaier van structuur en vooral geschikt om gekookt te eten. Het slinkt als spinazie en heeft een friszure smaak.

Als je de winterpostelein eenmaal kent, kom je ‘m overal tegen, gewoon langs de straat of in de berm! Het is eigenlijk meer kruid dan een groenten. In de moestuin is het een geliefd wintergewas omdat het een van de weinige ‘slasoorten’ is en een welkome afwisseling met kolen en knollen.

Postelein is heel rijk aan vitamine C, ijzer en is een van de beste plantaardige bronnen van omega 3 vetzuren (dat laatste vind je voornamelijk in vis en helpt om je hart gezond te houden). Heel gezond dus. Postelein bevat het ook oxaalzuur (dat merk je aan stroeve tanden, net als bij rabarber). Dit onttrekt kalk aan het skelet dus je moet het niet te vaak eten.

postelein met bloem

Winter postelein heeft nog iets grappigs. Als het bloeit dan groeit het witte bloemetje op het blad. Je kunt het ook met bloem prima eten en het steeltje erbij. In een salade of stamppotje dus, maar als smoothie ook niet te versmaden:

Smoothie van winterpostelein, appel en honing
  • 50 gram gewassen blaadjes van winterpostelein
  • 1 fris zure appel
  • honing naar smaak
  • melk, appelsap of  yoghurt naar smaak

Doe alle ingrediënten in de blender en meng het tot een gladde smoothie. Je kunt uiteraard variëren met de ingrediënten naar je eigen smaak, zolang het hoofdonderdeel de winterpostelein is. Superpowerrrrr!

Nou, vooruit dan ook nog een salade recept:

Wintersalade

met winterpostelein, pastinaak, pompoenpitten(olie) en sinaasappeldressing.

  • rooster de pompoenpitten in een droge koekenpan en zet deze apart;
  • rasp de schil van een sinaasappel en snij de schil dik weg zodat je alleen nog een oranje buitenkant hebt. Snij partjes van de rest van de sinaasappel en vang het sap op (knijp ook de schil uit) en gebruik dit  voor de dressing; –kijk hier hoe je de sinaasappel snijdt.-
  • maak een dressing van: pompoenpitolie, sinaasappel/ citroensap, appeldiksap, mosterd, peper/zout
  • schil de pastinaak en snij deze in blokjes van ong. 1 cm; roerbak de stukjes in een beetje olijfolie totdat ze bruin en zacht zijn (ong. 10 min.); meng met de dressing en laat een beetje afkoelen
  • was en droog de winterpostelein, drapeer in een schaal en schep de pastinaakblokjes erop en garneer met de sinaasappelpartjes en pompoenpitten

Groenlof

‘De smaak van groenlof ligt ergens tussen die van witlof en andijvie.’ NOT! Deze groenlof uit de tuin van de Overkant is echt wel veel heftiger en lijkt op radicchio ofwel roodlof. Beide zijn nog old-school groenten en relatief onbekend zodat de bittere smaak nog niet eruit is gekweekt, aldus tuinder Sander.

Suikerbrood

Groenlof wordt ook wel suikerij of suikerbrood (sugar-loaf of pain du sucre) genoemd, en dat heeft vooral met de vorm te maken. De in elkaar gedraaide bladeren vormen een ‘kegel’. Suiker werd vroeger in kegelvorm verkocht, dat noemde men suikerbrood. Of is suikerij een verbastering van chicorei, de familienaam van de groente? – Op de site van MergenMertz lees je meer over de historie van Groenlof of suikerij. Onder andere dat in Deventer gevonden zaden erop wijzen dat het gewas in de elfde of twaalfde eeuw al in Nederland werd verbouwd.-

Bereiding

Haal de buitenste stugge bladeren van de kegel en je houdt een malse kern over. Vind je een ouderwets bittertje lekker, eet dan de groenlof lekker rauw in salade of in een stamppot. Door stoven of smoren verlies je iets van de bitterheid. Net als een combinatie met iets ‘romigs’ en iets ‘hartigs’. Iets romigs is niet alleen letterlijk room of kaas maar kan ook een dressing zijn, eieren of een romige puree van (zoete) aardappel en pastinaak. Peulvruchten zijn ook een goede vriend! Voor de hartigheid gebruik je ingrediënten met veel ‘umami‘ zoals tomaat, champignon, sojasaus en miso. Kijk bij het blog over andijvie-anders voor het geheim van bittere bladgroenten bereiden. De andijvie recepten kun je ook voor groenlof gebruiken. Ik maakte deze groenlof plaattaart van Aan tafel bij Anna.

Groenlof plaattaart met zoete aardappel
  • Maak een puree van gekookte zoete aardappel en breng op smaak met chilivlokken en zout
  • Verwarm oven voor op 200C
  • Rol kant en klaar bladerdeeg uit op een met bakpapier beklede bakplaat (of maak zelf een deegje)
  • Bestrooi het deeg met een dun laagje rode linzen (dit zorgt ervoor dat het deeg niet te nat word) en verdeel de aardappelpuree eroverheen
  • Snij de groenlof in dunne repen en verdeel over de puree totdat deze helemaal bedekt is
  • ‘Beleg’ vervolgens met plakjes kastanje champignon of shii-take en tenslotte gorgonzola
  • Bak in het midden van de oven in 25 minuten gaar en goudbruin.

Groene tomaten

De kans dat je tomaten nu nog aan de plant rijpen is vrij klein, eerder zullen ze gaan schimmelen of rotten. Wil je nog iets van je oogst veilig stellen, haal dan de nog groene tomaten van de plant.

Als de tomaten al een beetje een blosje hebben, kun je proberen ze binnen te laten rijpen. Zoek daarvoor de meest gave exemplaren uit, verwijder het kroontje en zorg dat de tomaten goed droog zijn. Stop ze nu in een plastic of papieren zak met een rijpe banaan. Het ethyleen dat de banaan afscheidt, helpt om de tomaten te rijpen. Kan zo’n 3-4 dagen duren.

Zijn de tomaten nog te groen dan kun je ze bakken (Fried Green Tomatoes bestaan echt!) of er chutney van maken. Ik kies voor het laatste. Dit recept is gebaseerd op 2 grote tomaten, 1 rode ui en 1 appel en komt uit de Dikke Vegetariër van Mark Bittman.

  • Vijzel 2 tl mosterdzaad, 1 tl korianderzaad, 3 gedroogde chilipepers, 1 tl garam masala en 5 hele kruidnagels fijn; smelt 3 el boter in een grote gietijzeren koekenpan en fruit de kruiden totdat ze gaan geuren
  • Voeg de fijngesneden rode ui toe en bak mee totdat ze zacht worden, voeg wat zout toe
  • Snij ondertussen de groene tomaten en appel in kleine blokjes en voeg toe aan de pan, blijf roeren. Voeg eventueel wat water toe. {Volgens Mark hoeft het maar iets van 5 minuten te pruttelen maar ik heb het zeker een half uur (langer mag ook) op het vuur gehad.}
  • Blijf goed roeren totdat alle stukjes zacht zijn. Proef nu en voeg zout, kaneel, appeldiksap en evt wat suiker (als het te pittig is) toe totdat je een lekkere, pittige saus hebt.
  • Je kunt de chutney direct eten en het is ong. 3 dagen houdbaar in de koelkast. Je kunt ook de gloeiendhete chutney in schoongemaakte jampotten doen (uitkoken of in de vaatwasser zonder zeep). Laat de potten ondersteboven afkoelen. Zo zijn ze heel lang houdbaar.

Chutneys zijn heerlijk als smaakmaker, bijvoorbeeld bij vegetarische stampotten.

Senegalese pindasoep

Met veel plezier oogstte ik voor het eerst mijn eigen zoete aardappel bij zelfoogsttuin de Overkant! Ik maakte er een van mijn favoriete gerechten van: Senegalese pindasoep met boerenkool en pindakaas! Nooit geweten dat ze in Senegal ook boerenkool eten. Maar het staat er toch echt in de Dikke Vegetariër van Marc Bittman- dé vegetarische kookbijbel – waar dit gerecht vandaan komt.

Senegalese pindasoep met zoete aardappel en boerenkool
  • Verhit olie in een pan met dikke bodem en fruit daarin: een in ringen gesneden rode ui, 1 el fijngeraspte gember en 2 flinke tenen knoflook
  • voeg 2 flinke in stukjes gesneden zoete aardappel (yam of bataat)* toe en bak even mee; blus af met ong 1 1/2 liter groentebouillon en laat even sudderen totdat de aardappels zacht zijn; {wil je er een echte maaltijdsoep van maken, voeg dan een flinke schep bulgur (of ander graan) aan toe. > let wel even op de kooktijden of gebruik anders een al gekookte variant}
  • roer er tomaten (uit blik); gewassen en in repen gesneden boerenkool* en pindakaas met stukjes noot doorheen. -Volgens recept 250 gr. boerenkool en 65 gr pindakaas, maar dit is iets waarmee je natuurlijk zelf kunt variëren.-
  • Laat nog eens zeker 10 minuten pruttelen totdat de boerenkool zacht is;
  • Nu proeven en kruiden: zout/ (cayenne) peper, chilipoeder. Lekker is ook wat kaneel erdoor en gemberstroop.
  • Garneer met wat geroosterde pinda’s

* in plaats van zoete aardappel kun je pompoen gebruiken en ipv boerenkool palmkool

(M)YAM!

Bleekselderij

De meeste mensen kennen bleekselderij wel als toevoeging in salades, sauzen of soep. Of gebruiken de stengel om te dippen en als roerstokje in een cocktail . Er zit veel kalium en natrium in bleekselderij en dat geeft een hartige, zoute smaak aan een gerecht. Je kunt het dus heel goed gebruiken als een natuurlijke zoutvervanger. Selderij zout is een mix van zout met selderijzaad. Geeft net een ander accent aan je gerecht.

Als groente is de bleekselderij minder bekend, maar deze wokschotel is simpel en verrassend lekker als bijgerecht. Met gember, sesam en knoflook is het een klassieke combinatie met oosterse gerechten.

Gewokte bleekselderij met knoflook en sesam
  • Verwijder de onderkant van een bos bleekselderij en was de groente. Trek vanaf de onderkant eventuel draden eraf en snijd de stengels in stukjes. 
  • Pel een ui en knoflooktenen en snijd deze zo fijn mogelijk. Rasp een centimeter verse gember.

Verhit een wok op hoog vuur, verhit een scheut zonnebloemolie zodra de wok begint te roken. Bak hierin de fijngesneden ui, knoflook en gember en voeg daarna de stukken bleekselderij toe. Bak nog even door, de bleekselderij is het lekkerste als deze nog een beetje knapperig is. Breng op smaak met peper, zout, sesamolie, sojasaus en een snuf chilivlokken.

Serveer als bijgerecht en maak af met sesamzaadjes. Eet smakelijk!

bleekselderij

Palmkool

‘Oh, is dat palmkool’, zei de vrouw, ‘Ik heb het gekregen op de tuin. Prachtig hoor, maar ik heb geen idee wat ik er mee moet.’ Ja, dat snap ik helemaal. Heb je zo’n groenten abonnement bij de bioboer, krijg je om de haverklap groenten die je nog nooit gezien laat staan geproeft hebt. Palmkool is er zeker zo eentje. De eerste keer dat ik deze tegenkwam (9 jaar geleden alweer!) was het begin van mijn receptenblog: ‘culinaire avonturen in de achtertuin’. Want wat moet je met palmkool en al die andere groenten die je gaat (her)ontdekken?

Als je de palmkool in de tuin ziet staan, snap je direct waar de naam vandaan komt: een dikke hoofdstam en daaraan een waaier aan grote, donkergroene, bobbelige bladeren. Je oogst het blad vanaf de onderkant en dan groeit ‘ie gewoon weer verder. De tuinder kan dus lange tijd van de plant oogsten en dat maakt het een dankbaar gewas voor de moestuin. Palmkool werd al heel lang in ons land geteeld en is daarna een tijdje verdwenen. De plant komt oorspronkelijk uit Italië en daar heet het ‘cavalo nero’ ofwel zwarte kool. Het is een bladkool, net als boerenkool, maar ik vind m qua smaak veel lekkerder en zachter. Je kunt m op dezelfde manier bereiden als boerenkool maar deze bereidingen maken het veel spannender.

Leentje van Velt maakt er een dahl van. Ik vind de klassieke combinatie van palmkool in deze Toscaanse maaltijdsoep, Ribolitta nog steeds het allerlekkerst: met tomaat, venkel en (witte) bonen of notige kikkererwten. De vertaling van Ribolitta is ‘opnieuw koken’ en dat is het geheim. Dus de soep lekker een dagje laten staan en dan opnieuw verwarmen. De smaken hebben dan alle tijd gehad om zich verder te ontwikkelen en om één geheel te worden. Ribollita is heerlijk op een eerste koude herfstavond als je net voor het eerst de verwarming aan moet… Hmmm laat de culinaire avonturen nooit ophouden!

De palmkoolbladeren laten zich als volgt makkelijk verwerken: rits het blad van de dikke nerf, rol het op en snij in reepjes.

Toscaans maaltijdsoep: Ribolitta
  • Paar dikke tenen knoflook en een uitje fruiten in de olijfolie, wat venkelzaad erbij
  • Ondertussen was ik de palmkool en snijd het blad in reepjes. Met aanhangend water in de pan met ui en knoflook doen en stoven
  • Een jonge pastinaak die ik per ongeluk uit de grond getrokken heb erbij (wortel, selderij oid kan ook maar had ik niet in huis)
  • Paar rijpe sappige tomaten meestoven.

(dit mag in totaal best even duren 5-10 minuten tot alles zacht is)

  • Water of bouillon erbij doen totdat de groenten goed onder staan en dit door laten warmen
  • gekookte witte bonen of kikkererwten erbij, – als je blik gebruikt, eerst afspoelen –
  • haal een deel van de groenten uit de pan en even de staafmixer erdoor als je een wat gebonden soep wilt, dan de rest er weer bij en doorwarmen.

Fermentatie feestje

Afgelopen zondag, 19 september gaf ik de de workshop ‘Fermenteer het seizoen’ bij Het Natuurlijk Huus in Raalte. De workshop was onderdeel van het Fermentatiefestival, georganiseerd ter ere van het nieuwe Velt-boek Groenten fermenteren: van seizoen tot seizoen. In de maanden september en oktober kun je op verschillende locaties (en online) een workshop bijwonen.

En het leuke aan zo’n fermentatie feestje is dat de deelnemers lekker gaan experimenteren. Ik had een aantal recepten uit het boek ‘Groenten fermenteren’ geselecteerd: rode biet met dille en een courgette pickle; koolrabi, venkel, zeesla; ‘zuurkool’ van wortel & prei. En kool natuurlijk want die is er volop. Maar: ipv dille had ik prachtige venkel loof; de wortels lagen nog ergens thuis, de kruidenvakvrouw Tanja Hilgers ging natuurlijk onmiddelijk op zoek naar kruiden uit de tuin van het Natuurlijk Huus ‘zouden berenklauwzaadjes goed smaken bij biet?’, die enorme savooiekool moest ook ergens verwerkt. En snijbonen, kun je daar ook iets mee? Ja dus, lekker met de paprika die iemand ook bij zich had.

zouden berenklauwzaadjes goed smaken bij biet?

Het bijzondere aan het Velt boek is dat je per groenten kunt opzoeken of je het beste de natte of de droge fermentatie methode kunt gebruiken en welke kruiden en groenten goed bij elkaar passen. En oja, ook wat je met je fermenten daarna kunt doen want dat is altijd nog een dingetje. Zo maak je van de geferementeerde courgette bv een carpaccio met amandelschilfers, boekweit korrels en geiten kaas / yoghurt of kwark. Hmmm.

Dikke chapeau Leentje Speybroeck, Emelie Heller en @SamDeWilde voor dit prachtige boek. En alle deelnemers natuurlijk die de uitdaging aangaan om hun leven te verrijken met fermenten!

Carpaccio van gefermenteerde courgette (4 pers)
  • Rooster 50 gr. amandelschilfers en 50 gr. boekweitkorrels elk apart in een droge koekenpan totdat ze gaan geuren en kleuren.
  • Schep geitenyoghurt of kwark op een bord en strijk ‘m mooi uit met een lepel
  • Laat de plakjes gefermenteerde courgette uitlekken en schik ze op de yoghurt of kwark
  • Werk de carpaccio af met kruiden en kiemen (zoals rucola, rodebietenkiemen oid), wat druppels hazelnootolie, de amandelschilfers en boekweit en een draai van de pepermolen.

September en oktober staan in het teken van fermenteren bij Velt. Tijdens het Fermentatiefestival maken heel België en Nederland kennis met deze ecologische én lekkere kooktechniek. De fermentatieworkshops- of cafés kun je op verschillende locaties bijwonen. Hier ontdek je waar en wanneer ze plaatsvinden en hoe je kan deelnemen. Workshops gemist of volzet? Geen nood! Op 25 september is de aflevering van het online kookprogramma van Velt Keukenpraatjes helemaal gewijd aan fermenteren. En natuurlijk kan je ook het nieuwe boek Groenten fermenteren bestellen en lekker thuis aan de slag gaan. Nu te koop in de webwinkel van Velt, bij je lokale Velt-afdeling voor 25 euro of 20 euro (als Velt-lid). Ook bij Keetmee te bestellen en af te halen in Deventer.

Venkel

Bestaat er een mooiere groente? En nog lekker ook met die anijsachtige geur en smaak. Eèn van mijn favorieten. Venkel is een energieke groente en ligt niet zwaar op de maag. Daarnaast past de anijs-achtige smaak goed bij warm weer en is het een groente met eindeloze mogelijkheden. Zowel de loof, knol als zaad kunnen verwerkt worden in gerechten. Venkel is met name in landen rond de Middelandse zee een veel gebruikte groente en combineert heel goed met gestoofde tomaat en sinaasappel. Vandaar hier twee frisse recepten voor een mooie nazomer.

Hoe maak je het schoon?
  • Het fijne dilleachtige loof eraf halen. Niet weggooien! Je kunt het als kruid weer toevoegen of er thee van trekken.
    Van de stengels kun je goed bouillon trekken of anders apart fijn snijden.
    Eventuele bruine plekken van de knol verwijderen, deze zijn bitter. 
    De rest van de knolvenkel in de lengte in vieren snijden: nu kun je de wortelaanzet makkelijk wegsnijden, eventueel de stukken nog in fijnere repen van ongeveer 1-2 cm snijden of heel fijn schaven als je de venkel rauw gaat eten.
Wat doe je ermee?
  • rauw: fijn gesneden als salade, lekker met sinaasappel/mosterddressing 
  • koken met water en zout: ongeveer 10-15 minuten
  • smoren: in vispakketje in de oven
  • stoven: eerst aanbakken in de pan en dan vocht toevoegen (bouillon of witte wijn)
  • grillen: besmeren met olijfolie en in de grillpan of in de oven
Mediterraan Stoofpotje

Voor dit recept gebruik je een combinatie van grillen en stoven: de venkel in een pan met dikke bodem in een beetje olijfolie aan een kant goed bruin laten worden (eventueel in gedeeltes doen), uitje erbij, dan wat superrijpe tomaten erbij doen en zwarte olijven. Wat vocht toevoegen (balsamico azijn of wijn), 15-20 minuten laten stoven (met deksel op de pan). Eventueel kun je er een blikje tonijn door doen of wat feta kaas overheen kruimelen. Op smaak maken. Het fijne venkelloof op het allerlaatst eroverheen draperen.

VenkelSalade met gember / sinaasappeldressing

Stevige smaken die goed bij elkaar passen. Deze dressing past ook heel goed bij witte, rode of chinese kool en andijvie.

  • verhit een laagje olie in een klein pannetje, frituur hierin dunne schijfjes verse gember tot ze krokant zijn, vis de stukjes eruit en laat uitlekken
  • fruit een kleingesneden sjalotje zachtjes in de overgebleven olie, blus af met het sap van een sinaasappel (of rode grapefruit). Haal het pannetje van het vuur en roer er wat honing en peper en zout bij
  • schep de nog lauwe dressing door de fijngeschaafde venkel en laat dit even intrekken (bij de wat hardere rauwe groenten, zoals venkel en kool mag dit best een half uur staan)
  • schep ten slotte wat partjes sinaasappel erdoor, strooi de gefrituurde gember erop en wat geroosterde sesamzaadjes. (ook lekker met granaatappel, zie onder)